Moord uit 1909 opgelost op Sicilië

Op Sicilië hebben de politie en de Guardia di Finanza een grote actie gevoerd tegen de Cosa Nostra. Maandag zijn 95 mensen aangehouden en werd beslag gelegd op vele miljoenen euro's aan banktegoeden. De invallen vonden plaats in het westen van de stad Palermo en richtten zich op de maffia van Resuttana e San Lorenzo. In het onderzoek kon ook een moord uit het jaar 1909 worden opgelost. 

Joe Petrosino

Volgens de politie was het doel de ontmanteling van twee netwerken die zich vooral bezig hielden met afpersen van bouwbedrijven en andere ondernemingen en drugshandel. Eén van de hoofdverdachten is Gregorio Palazzotto, directeur van een verhuisbedrijf. In een afgeluisterd telefoongesprek van diens zoon Domenico Palazotto wijdde deze uit over de moord op een New Yorkse politieman, Joe Petrosino.

Black Hand

In 1909 bezocht deze Palermo in een onderzoek naar de Siciliaanse maffia. 'De oom van mijn vader, Paolo Palazotto, die heeft de eerste politieman in Palermo gedood. Hij vermoordde Joe Petrosino in opdracht van Cascio Ferro.' De moord is nooit opgelost, Paolo Palazotto stierf in 1958. Petrosino was één van de eerste maffia-bestrijders en een vriend van president Theodore Roosevelt. In Operatie Black Hand werden aan het begin van de vorige eeuw duizenden maffia-verdachten aangehouden. Petrosino werd zowel in de Verenigde Staten als Italië officiëel herdacht. 

Officier van justitie

De hoofdverdachte in het huidige onderzoek is Girolamo Biondino (foto links), één van de capo's in Palermo-West. Zijn broer was chauffeur van Toto Riina, de veroordeelde chef van de Siciliaanse maffia. Riina heeft een contract gezet op het hoofd van officier van justitie Antonino Di Matteo. Biondino werd jarenlang in de gaten gehouden omdat de politie dacht dat hij de opdracht zou laten uitvoeren. Daarom pretendeerde Biondino met pensioen te zijn gegaan maar hij werd steeds opnieuw gezien in gezeldschap van andere 'mannen van eer' (zie observatiefoto boven). Zo ontdekte de politie dat hij nog steeds het brein was achter de afpersingen van bedrijven in Palermo-West. 

Design-kleding

De politie legde de hand op een administratie waarin de groep precies bijhield welke ondernemer voor welk bedrag werd aangeslagen, wanneer er betaald was en welke sanctie eventueel was opgelegd. Slachtoffers waren niet aleen bouwbedrijven maar ook onder meer vishandelaren, kledingwinkels, clubs en biljardzalen. De bedragen werden naar draagkracht opgelegd en varieerden van een paar 100 tot een paar duizend per maand. Een eigenaar van een benzinestation werd opgedragen design-kleding en dito schoenen aan te schaffen en kado te doen aan een maffia-baas. In totaal registreerde de politie 34 afpersingen. Eén ondernemer weigerde te betalen en deed aangifte.