OM zet hoog in bij poging tot moord #2

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft donderdag in de rechtbank in Arnhem tot tien jaar celstraf geëist voor (medeplegen van) poging tot moord. Twee verdachten, een vrouw (20) en een man (27), zouden betrokken zijn bij de zware mishandeling van een 31-jarige man, die vervolgens in een bosgebied bij Rheden (Gelderland) is gedumpt. Heeft het OM een sterke zaak?

 

Door @Michael de Hoogh

 

In deel 1 van deze zaak heeft u kunnen lezen wat het aandeel van de twee verdachten zou zijn volgens het OM. De 20-jarige Dominique ‘Do’ S., die volgens rapportages zeer beïnvloedbaar en naïef is, heeft tijdens de zitting donderdag toegegeven dat ze een afspraak met het slachtoffer had geregeld op zaterdagavond 21 juli 2012. Ze wilde ‘een persoon die ze in vetrouwen had genomen’ een goed gesprek met het slachtoffer laten voeren, omdat ze niets meer met hem te maken wilde hebben. Dat moest hem even duidelijk gezegd worden.

‘Geen ellende’

Dat het daarna zo uit de hand is gelopen, had zij naar eigen zeggen ook niet voorzien. Toen die ‘vertrouwenspersoon’, S. wil tot op de dag van vandaag niet zeggen om wie het gaat, met twee andere mannen aan de deur stond die zaterdagavond, zei ze nog: ‘Ik wil geen ellende in mijn huis hè.’ Volgens het OM wist zij wel degelijk wat er ging gebeuren in de woning, en het wordt haar aangerekend dat ze niet heeft ingegrepen toen het slachtoffer zwaar mishandeld werd. Sterker nog: Er zijn daarna nog uitgebreid sporen gewist door de daders en daar zou S. aan meegeholpen hebben. Ze zegt overigens zelf dat ze alleen een tafel heeft rechtgezet.

Die ellende die ze niet wilde, is er dus toch gekomen in haar woning in Arnhem. Vervolgens heeft ze gezien hoe het slachtoffer buiten in de kofferbak is gelegd. ‘Zoiets doe je nog niet met een dier’, zei S. tijdens de zitting. Als de officier van justitie en de rechtbank haar dan enkele keren confronteren met harde vragen, breekt ze en barst in tranen uit. De officier komt later met een forse strafeis van zes jaar voor medeplegen poging moord. De vraag is of de rechtbank daarin meegaat, aangezien diezelfde rechtbank haar voorlopige hechtenis eerder al heeft geschorst.

Vechtsporter

De andere verdachte, Natik T., zou volgens het OM betrokken zijn geweest bij de zware mishandeling van het slachtoffer en zou geholpen hebben bij het dumpen van het lichaam in Rheden. Er zijn echter geen sporen aangetroffen van hem in de woning en ook niet op de plaats waar het slachtoffer is gevonden. In een eerdere verklaring sprak het slachtoffer over de daders als ‘slungelige mannen met een accent alsof ze uit het westen van het land komen’. T. is klein en zeer breed en heeft eerder een Turks accent dan een accent van iemand uit de randstad. Hij is een geoefend freefighter, maar zegt zelf geen agressief persoon te zijn.

Het belangrijkste bewijs tegen T. komt volgens het OM van een verklaring van een buurtbewoner. Volgens T. is die vrouw ongeloofwaardig omdat zij een ‘junkie’ zou zijn, zo zei hij tijdens de zitting. Het OM vindt haar getuigenverklaring echter erg belangrijk. Samen met andere getuigenverklaringen en wat dubieuze telefoongegevens moet dat genoeg zijn om tot een strafeis van 10 jaar te komen.

Verdachte, getuige

Volgens de verdediging is niet vast komen te staan dat Natik T. betrokken is geweest bij het incident in de woning. Hij zou op dat moment aan het werk zijn in een Arnhems café. Er is één iemand die wel zou kunnen vertellen wie de daders zijn en dat is de 20-jarige medeverdachte Do S. Zij durft daar vanwege haar eigen veiligheid niets over te zeggen en zwijgt daarover. Ook toen ze donderdag als getuige is gehoord in de zaak van T. Ze wilde niets zeggen.

Concluderend: Uit het dossier, zoals die in de rechtbank is besproken, blijkt dat er weinig tot geen hard bewijs is tegen T. voor betrokkenheid bij de zware mishandeling van het slachtoffer. Op sommige punten heeft hij de schijn tegen, maar het harde bewijs is niet op tafel gekomen. S. heeft het slachtoffer thuis uitgenodigd en heeft alles laten gebeuren zonder in te grijpen. De rechtbank oordeelt over twee weken of beide verdachten langdurig de cel in gaan, of niet?