De hoerenloper als politieagent

Door Wicher Wedzinga

Vroeger ging je naar de hoeren toe, betaalde je en na de zaadlozing liep je voldaan weer naar huis. Naar moeder de vrouw. Dat waren nog tijden. Binnenkort moet je eerst controleren of de hoer geregistreerd staat en legaal aan het werk is. Tja, da’s andere koek. Eerst een cursus volgen om een geldige registratie te leren herkennen. En dat is nog maar het begin. Daarna het echte werk.

Als de biologische vlag is gehesen, loop je met enige tegenzin richting hoerenbuurt. Moet je bij de deur staan te hengelen om een “legitimatiebewijs”? Ik zou het niet doen. Het is vaak al vrij donker en als het wat langer duurt, loop je een behoorlijke kans door de pooier in elkaar gemept te worden. Ik heb zelf -6 en tegen de tijd dat ik de vrijwel onleesbare registratie heb doorgelezen, kan ik het wel schudden.

Dan toch maar naar binnen gaan. Ook niet zonder risico. Onder een schemerlampje turen naar de legitimatie is geen pretje. Daar kwam je toch niet voor. Blijkt ze illegaal te zijn, dan als een haas er van door. Desnoods met de broek op de knieën. En maar hopen dat er geen pooier in de buurt is en het politiebureau vlakbij is gelegen.

Sokken en onderbroek

Als je geluk hebt, is de dame in kwestie deugdelijk geregistreerd. Maar dat geluk is betrekkelijk. Vooral zorgen dat je geen mot krijgt met de vrouw. Want dan wordt de patrouillerende politieagent direct door haar aangesproken, waarbij zij snikkend opbiecht dat zij wordt uitgebuit en dat jij daar medeverantwoordelijk voor bent. Een kolfje naar de hand van zo’n agent die eigenlijk alleen maar door de straat loopt om er op toe te zien dat de hoerenlopers hun werk goed doen. En daar ga je dan. Op sokken en in onderbroek naar het kot. Medeplichtig aan mensenhandel. Ben je mooi klaar mee.

Nee, ik zou er toch maar voor kiezen om buiten op de stoep de eerste controle uit te voeren. Maar dan wel “dalli, dalli” en vooral hopen dat je niet de dupe wordt van een opgenaaide pooier en dat de dame het niet koud begint te krijgen. Een beetje rillen, zielig kijken en je bent als het aan de Tweede Kamer ligt ook dan de klos. Gert-Jan Segers van het CU zal desnoods persoonlijk getuigen dat dit signalen waren dat je verantwoordelijk bent voor de uitbuiting van de vrouw.
Segers benadrukt dat niet bij iedere blauwe plek alarm hoeft te worden geslagen, ‘maar als zo’n meisje bibberend, beschadigd en huilend zegt dat ze eigenlijk niet wil, kun je wel stellen dat je redelijkerwijs kunt weten dat er iets mis is’.

Snikkende hoer

De hoerenloper als onbezoldigd politieagent. Een beetje controleren en een bijdrage aan de opsporing. Een soort kroongetuige, eigenlijk. Eigenlijk een manusje van alles. Geilneef, controleambtenaar, opsporingsambtenaar en hulpverlener. Een snikkende hoer die onder de blauwe plekken zit en haar ziel en zaligheid aan de hoerenloper verkoopt, die vervolgens naar het politiebureau snelt en de (vermeende) misstand aan de kaak stelt.

De prostituee wordt vervolgens aan een paar extra blauwe plekken geholpen door haar oplettende pooier en als ze zegt dat er niks van waar is en de hoerenloper liegt, wordt de geilneef in de boeien geslagen omdat hij een valse aangifte heeft gedaan. Tenzij… tenzij..

Want in ons strafrecht is het bewijs inmiddels dermate uitgekleed dat we de falende hoerenloper te hulp kunnen schieten. De ontkennende verklaring van de prostituee toveren we dan om tot een “leugenachtige” verklaring en als dat wat lastig wordt is er steunbewijs omdat de inmiddels radeloze hoerenloper bij de vrouw aan de deur is geweest. Dat en zijn verklaring dat de vrouw stond te rillen en hem zei dat ze ‘dit toch echt niet wilde’ is voldoende voor een veroordeling. Al ontkent ze in alle toonaarden.

“Keihard” aangepakt

De prostituee wordt uitgezet, de hoerenloper mag hopen dat hij niet in een van de weinige gevangenissen in ons land een straf wegens mensenhandel moet uitzitten en de echter uitbuiter wordt vermoedelijk de enige vrijbuiter. Een veroordeling van de degenen die de prostituee hebben uitgebuit en haar onder valse vlag naar Nederland hebben gelokt is een zeldzaamheid. Want die zijn in geen velden of wegen te bekennen of dermate gevaarlijk dat de prostituee geen belastende verklaring durft af te leggen.

De Tweede Kamer is tevreden. Opstelten en Teeven nog het meest van allen. Mensenhandel wordt immers “keihard” aangepakt.

Wicher Wedzinga is voormalig raadsheer en universitair hoofddocent, strafrechtanalist, columnist/schrijver/blogger, law consultant.