Holleeder blijft zeker verdachte

Wat er is aan de hand? In het NRC van maandag werd gesuggereerd dat het Openbaar Ministerie Holleeder niet zal gaan vervolgen voor liquidaties in de onderwereld. Dat is onjuist, zo heeft het OM in een inderhaast uitgegeven persbericht vanmiddag benadrukt. Ook is het onjuist dat Willem Holleeder niet zal worden vervolgd voor zijn mogelijke aandeel bij diverse liquidaties die ook een rol spelen in het Passage-proces. 

Het Openbaar Ministerie zegt in het persbericht: ‘Er is nog geen beslissing genomen om Holleeder wel of niet te vervolgen. Holleeder blijft ondertussen wel verdachte.’

Vorig jaar is al gezegd door een officier van justitie op een zitting tijdens het Passage-proces dat een dossier Holleeder niet meer zal worden gevoegd in de loop van het huidige Passage-proces. Vervolging in een nieuw (Passage-II) proces was daarmee niet uitgesloten. 

De doorgaans zeer goed in justitiekringen geïnformeerde verslaggever van het NRC Handelsblad verwijst naar overleg dat zou hebben plaatsgevonden kort voor Kerst tussen de top van recherche en het Openbaar Ministerie. 

Een stap over een formele vervolgingsbeslissing is kennelijk niet gezet, maar een principe-besluit kan natuurlijk zeer wel zijn genomen. Opvallend is daarbij dat de verslaggever ook spreekt over (technisch) bewijs dat in het top-beraad niet roereikend zou zijn gevonden om over te gaan tot vervolging. 

Zeker is dat Holleeder verdachte is in de zaken van de moorden op Kees Houtman, Cor van Hout en Thomas van der Bijl. Verschillende getuigen hebben belastende verklaringen tegen hem afgelegd in die zaken. 

In het boek De Liquidatie Dossiers staat te lezen dat Willem Holleeder door acht getuigen wordt beschuldigd van zeker vijf liquidaties. Die verklaringen wijzen op betrokkenheid van Holleeder bij de moorden op Kees Houtman, Cor van Hout, Thomas van der Bijl, Willem Endstra en John Mieremet.

Zo werd in de liquidatie van Willem Endstra een anonieme informant gehoord die gedetailleerde informatie gaf over de gebruikte auto en het moordwapen. De informant bleek betrouwbaar want op zijn aanwijzing werden de auto en het wapen daadwerkelijk gevonden. De informant meldde ook dat Willem Holleeder de opdrachtgever van de liquidatie was. ‘Willem Holleeder heeft Ali en Pasja benaderd om Endstra te liquideren’. 

Ook in de zaak van John Mieremet liggen er verklaringen tegen Holleeder. De eerste is van John Mieremet zelf, die een jaar voor zijn dood tegenover de Belgische politie verklaarde over bedreigingen uit de hoek van Willem Holleeder; ‘ze gaan me nu echt afmaken’. Mieremet zegt dat Holleeder een dodenlijst had en dat hij zelf ‘op nummer 1’ stond. De boezemvriend van Mieremet – Ferry de K. – verklaarde na de dood van zijn baas dat Holleeder de opdrachtgever moet zijn geweest vanwege een conflict over geld.

Een barvrouw van Cafe de Hallen zegt opgevangen te hebben hoe de kroegbaas Thomas van der Bijl met de dood werd bedreigd door Willem Holleeder. ‘Die Holleeder bedreigde hem gewoon. Als hij niet meewerkte, dan werd hij afgeschoten.’

Holleeder’s advocaat, Stijn Franken heeft altijd gesteld dat er behalve de belastende verklaringen geen enkel technisch bewijs tegen Holleeder ligt in de vorm van telefoontaps, betalingen of iets dergelijks. Franken zei dit najaar tegen Crimesite uit te gaan van ‘nul bewijs’ voor betrokkenheid van Holleeder bij liquidaties.

De kroongetuige Peter la S. kwam dit najaar met de ontboezeming dat hij in persoon door Willem Holleeder had horen zeggen dat Kees Houtman door hem en zijn compaan Jesse R. moest worden gedood. La S. kon, zo bleek tijdens openbare verhoren, deze beschuldiging niet veel verder inkleuren. Hij zei wel ervan uit te zijn gegaan dat Holleeder opdrachtgever was van liquidaties. 

Lees:

Wat zei Peter over Willem? (#2) 

Wat zei Peter over Willem? (#1)