‘It’s a dirty job, but someone’s got to do it’

Gaspare Giacalone (foto) verdiende als bankier tonnen per jaar in de Londense City. Er gingen miljarden door zijn handen. Nu woont hij in het Siciliaanse stadje Petrosino en wordt zijn kantoortje in het stadhuis beschoten en ontvangt hij kogelbrieven. 

Giacalone groeide als boerenzoon op in Petrosino, een plaatsje aan de westkust van Sicilië, in een gebied dat sinds mensenheugenis wordt gecontroleerd door de Cosa Nostra. Tegenwoordig wordt het maffiasyndicaat aldaar geleid door de voortvluchtige Matteo Messina Denaro, ook wel bekend onder de naam “Diabolik”.

Burgemeester

Op zijn 26-ste trok Giacolone naar Londen waar hij onder andere werkte voor de Deutsche Bank en de Royal Bank of Scotland, alvorens hij aan de slag ging bij de European Bank of Reconstruction and Development, een investeringsbank. Maar ondanks zijn successen in Londen hield hij contact met zijn geboortestreek en moest hij met lede ogen toezien dat de maffia onder andere de vastgoedontwikkeling en (chemische) afvalverwerking in Petrosino in zijn greep hield. In 2012 besloot hij zich daarom beschikbaar te stellen voor het burgemeestersambt.

Kogelbrieven

Met steun van de linkse politieke partijen won hij de burgemeestersverkiezingen. De maffia reageerde direct: hij ontving honderden dreig- en kogelbrieven. Zijn kantoor werd met tientallen kogels onder vuur genomen. In hetzelfde kantoor werd afluisterapparatuur aangetroffen die de maffia had laten plaatsen om de gangen van de burgemeester na te kunnen gaan. De carabinieri bouwden het huis van Giacalone om tot een waar fort. Ook de burgemeester zelf wordt zwaar bewaakt. Vorig jaar werd Giacalone herkozen als burgervader. En hij boekt successen. Hij heeft deels weten te verhinderen dat maffiose vastgoedontwikkelaars de stranden van Petrosino hebben kunnen volbouwen met hoge flats. Geschat wordt dat de Cosa Nostra daardoor 50 miljoen is misgelopen. De afvalverwerking is een overheidstaak geworden.

Vele vijanden

Giacalone tegenover de Engelse krant The Guardian: ‘It’s a dirty job, but someone’s got to do it.’ En tegen het Italiaanse L’Espresso,doelend op zijn vele vijanden: ‘Als ik word doodgeschoten, dan zal het voor de rechercheurs een bijna onmogelijke taak zijn om de daders te vinden.’