Leider van het Cali-kartel sterft in Amerikaanse gevangenschap

In een gevangenisziekenhuis in Butner, Californië, is dinsdag Gilberto Rodríguez Orejuela (83, op de foto links)) overleden. Rodríguez Orejuela was de leider van het toenmalige Colombiaanse “Cali-kartel” en de aartsvijand van Pablo Escobar. De neergang van zijn tijdperk als de onbetwiste leider van de cocaïnehandel begon in 1995 toen hij in een appartement in Cali werd gearresteerd. Onder zijn leiding groeide het netwerk uit Cali uit tot een bedrijfsmatig opgezet netwerk dat voor het eerst (ook) grootschalig en systematische transporten van cocaïne naar Europa opzette. Op zijn hoogtepunt beheerste het Cali-kartel volgens de Amerikaanse Drug Enforcement Administration (DEA) zo’n 80 procent van de wereldwijde cocaïnehandel.

Drogisterijen

Waar voorloper Pabo Escobar uit Medellín zijn netwerk rondom hem persoonlijk uitbouwde, en combineerde met publiciteit en opzichtige luxe, was Rodríguez Orejuela (alias El Ajedrecista, de schaakspeler) wars van pronkzucht. Rodríguez Orejuela bond ook niet de strijd aan met de Colombiaanse autoriteiten zoals Escobar dat deed.

Hij raakte wel in een dodelijk conflict met “Medellín”. Zo ontplofte er in 1988 in Medellín onder een gebouw met luxeappartementen een autobom met 800 kilo dynamiet. Pablo Escobar en zijn familie ontsnapten nipt aan de aanslag.

Rodríguez Orejuela bouwde aan een zakelijk en efficiënt imperium waarin hij gebruik maakte van bedrijven en adviseurs in de bovenwereld. Zo had zijn familie een in Colombia bekende keten van drogisterijen (La Rebaja) gekocht, wat zakelijk allerlei (witwas)voordelen bood. Ook was Rodríguez Orejuela eigenaar van voetbalclub America uit Cali en introduceerde hij wijdverspreide corruptie in het land. Het Cali-kartel knoopte ook corrupte contacten aan in het internationale (offshore) bankwezen en de financiële dienstverlening.

In 2002 kwam Rodríguez Orejuela in Colombia op vrije voeten maar hij werd in 2004 opnieuw aangehouden, en uitgeleverd. In die periode was de Amerikaanse regering erin geslaagd in Colombia een verbod op uitlevering van Colombianen op te heffen. Een rechter in de staat North Carolina legde hem dertig jaar op.

Doorbraak

Gilberto Rodríguez Orejuela leidde het Cali-kartel samen met zijn broer, Miguel (op de foto boven rechts). Deze kreeg net als Gilberto in 2005 dertig jaar cel in de Verenigde Staten. Hij verblijft daar nog in detentie in een inrichting in Pennsylvania. Beide broers maakten uiteindelijk een plea bargain deal met de Amerikaanse justitie.

De doorbraak van het Cali-kartel kwam na de dood van Pablo Escobar in 1993. Waar het Medellín-kartel vanuit de geschiedenis vooral lijnen naar het westen van de Verenigde Staten onderhield zochten de handelaren uit Cali vooral de markt in New York en andere steden in het oosten op. Het kartel ging ook op systematische wijze gebruik maken van zeevervoer in bulk- en containerschepen.

Vanaf begin jaren negentig knoopte het Cali-kartel contacten aan met Italiaanse en Nederlandse criminelen, onder wie personen uit de Bruinsma-groep.

Nieuw tijdperk

Het succes van de aanpak van de DEA bij de aanpak van het Cali-kartel luidde vanaf 2004 een nieuw tijdperk in voor de internationale cocaïnehandel. De min of meer centraal aangestuurde netwerken verdwenen door versplintering en onderlinge conflicten.

Steeds verdergaande repressie door de internationale politiediensten en vooral de DEA, stimuleerde die versplintering en onderlinge strijd nog meer.

Het leidde uiteindelijk tot de situatie die we nu kennen, met honderden mini-kartels en criminelen uit steeds meer (Europese) landen. Cocaïnehandel is niet meer beperkt tot een handvol landen in Zuid-Amerika en Mexico. Ook landen in het Caraïbisch gebied, Midden-Amerikaanse landen, Ecuador, Paraguay, Brazilië en Argentinië, en zelfs Afrikaanse landen zijn zwaar betrokken geraakt.

Zie meer op Coke & co, het dossier over cocaïnehandel op FTM.