Lid AT krijgt iets hogere straf voor dodelijk ongeval

In hoger beroep is een politieagent van een arrestatieteam die het 18-jarige meisje Memphis van Veen doodreed hoger gestraft dan voor de rechtbank. Hij krijgt een taakstraf van 80 uur en een rijontzegging van 6 maanden.

De rechtbank Den Bosch legde hem eerder alleen een voorwaardelijke rijontzegging op van 6 maanden. Het Openbaar Ministerie eiste voor het Bossche gerechtshof vrijspraak.

De politieagent ging op 15 maart 2013 met een arrestatieteam, in verschillende auto’s, op weg naar een mogelijk levensbedreigende situatie in Bergeijk. Hij reed met zijn auto op de busbaan in Eindhoven en maakte deel uit van een formatie van politievoertuigen. Onderweg, op een kruispunt in Eindhoven, botste hij met een overstekende snorfiets met het meisje, dat later overleed.

Andere verkeersregels

Het hof vindt wel dat voor de agent als bestuurder van een politieauto met zwaailichten en sirene die op weg was naar een mogelijk levensbedreigende situatie, andere verkeersregels en gedragsnormen golden. Maar, vindt het hof, hij moest echter wel extra aandacht en zorg hebben voor onvoorzien en onvoorspelbaar gedrag van andere weggebruikers. Dat heft hij in de ogen van hof niet gedaan. De opdracht van zijn commandant was om met spoed, maar ook zo veilig mogelijk naar Bergeijk te rijden.

Schuld

Het hof vindt, net als de rechtbank, dat de man zich schuldig heeft gemaakt aan aanmerkelijk onvoorzichtig rijgedrag. Hij is met een disproportioneel hoge snelheid (meer dan 90 km/u) de ongevalskruising genaderd en opgereden, terwijl op de busbaan het verkeerslicht op rood stond. Daardoor heeft hij niet meer op tijd kunnen reageren op onvoorzien of onberekenbaar gedrag van andere verkeersdeelnemers, zoals in dit geval de overstekende snorfietster.

Eigen strafrechtelijke verantwoordelijkheid

Het gerechtshof vindt dat je als bestuurder van een politieauto mag afwijken van de reguliere verkeersregels maar wel strafrechtelijk verantwoordelijk blijft voor je eigen beslissingen en rijgedrag. Het hof vindt de straf die de rechtbank oplegde, alleen een voorwaardelijke rijontzegging van 6 maanden, niet toereikend. Dit in verband met het grote leed dat de familie is aangedaan.

Het Openbaar Ministerie had aanvankelijk besloten om de agent niet te vervolgen voor het veroorzaken van dit ongeval. De nabestaanden van het slachtoffer waren het hier niet mee eens en dienden een klacht in bij het gerechtshof. Het hof besliste vervolgens dat de klacht gegrond was en gaf het bevel aan het Openbaar Ministerie om de agent alsnog te vervolgen.