‘Mondiale drugsorganisaties zijn een monster in opkomst’

‘Mondiale drugsorganisaties zijn een monster in opkomst’

Zuid-Amerikaanse drugskartels verplaatsen hun smokkel en productie steeds meer naar Europa. Ook Nederland is een spil in de illegale invoer van drugs voor deze criminele groepen, die steeds meer versplinterd zijn geraakt. Dat blijkt uit onderzoek van een collectief van internationale onderzoeksjournalisten. De Colombiaanse President Petro reageerde op de resultaten.

door Joost van der Wegen

Beeld: de brand bij een drugslab in Poortvliet, in 2020.

Gefragmenteerd

Narco Files is de naam van een groot internationaal journalistiek onderzoek naar de smokkel van vooral cocaïne, van Midden- en Zuid-Amerika, naar Europa. Er komt uit naar voren dat de drugskartels in Colombia steeds meer gefragmenteerd zijn geraakt, en dat de handel van coke naar Europa vaker buiten dat land wordt geregeld, bijvoorbeeld vanuit Mexico.

In de Narco Files wordt een specifieke drugslijn naar Nederland onder de loep genomen. Die werd volgens de Nederlandse justitie gecoördineerd door de Mexicaanse smokkelaar Paul Hoyos Bohorquez, ook wel ‘Sodapuppy’ genoemd. Hij zou ook de productie en verkoop in Nederland voor zijn rekening hebben genomen. In maart 2020 werd een lab gevonden, dat zijn organisatie gebruikte als coke-wasserij, na een brand in Poortvliet.

Hoyos’ advocaat stelt dat hij niet schuldig is. Dit jaar begon het proces voor zijn mogelijke uitlevering naar Nederland.

Uit het onderzoek blijkt dat Mexicaanse kartels steeds meer cocaïne naar Europa transporteren, gezien het feit dat Amerikanen op fentanyl zijn overgestapt.

Analyse

De Colombiaanse President Gustavo Petro heeft het journalistieke onderzoekscollectief inmiddels vereerd met een reactie op hun onderzoeksresultaten. Hij ziet het onderzoek als een bevestiging van de analyse van zijn eigen regering, die er vooral op uit is vrede en veiligheid terug te brengen in het land, door de buitenlandse drugsorganisaties aan te wijzen.

Hij stelt vast dat het drugsgeld nu in het buitenland wordt verdiend, terwijl ‘de doden nog steeds in Colombia vallen, er nog steeds gewapende organisaties zijn, en de boeren nog steeds worden uitgebuit.’

Petro zegt dat het daardoor onmogelijk is om de illegale drugseconomie in het land te vervangen door een legale economie. Hij stelt ook dat ‘een discussie over de legalisering van cocaïne belangrijk is, om het monster van de opkomende, gefragmenteerde drugsmultinationals het hoofd te kunnen bieden.’