Nabestaanden eisen vergoeding liquidaties
Partners en kinderen van slachtoffers van twee moorden die in de Passage-zaak behandeld worden hebben een schadeclaim ingediend bij de Amsterdamse rechtbank. Tijdens de zitting van maandag in de beveiligde rechtbank in Amsterdam-Osdorp deden advocaten van de weduwe van Thomas van der Bijl en de weduwe van Kees Houtman (foto) hierover een verzoek. Caroline Rijke wil dat de verdachten in de moordzaak Thomas van der Bijl (2006) bij veroordeling samen 31.000 euro betalen.
De claim voor de begrafeniskosten van Thomas van der Bijl zijn al in rekening gebracht bij de twee mannen die zijn veroordeeld voor de feitelijke liquidatie: Dwight S. en Remy H. Het gaat in de zaak Rijke om zogenoemde schokschade, die eventueel veroordeelde opdrachtgevers zullen moeten betalen.
De weduwe van Kees Houtman (2005) en de twee kinderen leggen een claim neer van 269.000 euro exclusief rente. Dat bedrag is gebaseerd op een bruto inkomen dat Houtman jaarlijks verdiende van 38.000, in aanmerking nemende de auto die Houtman reed en waarvoor hij bijtelling betaalde, voor een periode van tien jaar.
In de zaak Houtman zijn de bedragen exclusief de begrafeniskosten. ‘Voor de begrafenis wenst de familie geen vergoeding’, zei de advocaat. ‘De begrafenis is het laatste geschenk dat zij aan de overledene hebben kunnen geven.’
De advocaat benadrukte de omstandigheid dat Willem Holleeder, die is veroordeeld voor de afpersing van Houtman, en door Maria Houtman als moordenaar van haar man is aangewezen, nog aanwezig is geweest op hun huwelijk in 1993. Holleeder is geen verdachte in die zaak.
De bedragen in de zaak Houtman zijn in overeenstemming met bedragen in de ANWB-Smartegeldgids.
Vorige week maakte staatssecretaris Fred Teeven van Justitie bekend dat slachtoffers voortaan een voorschot van de overheid krijgen bij toegewezen schadeclaims na een misdrijf.
Zie: Slachoffers krijgen voorschot overheid.