Het Openbaar Ministerie heeft tegen drie Belgen een celstraf geëist van zestien jaar. Ze worden verdacht van het doodschieten van de 41-jarige drugsdealer Jan van Mosselveld in zijn woning in het Brabantse Bladel. Van Mosselveld werd het slachtoffer van een ripdeal. 

De Belgen hadden in augustus 2001 een afspraak met Van Mosselveld om drugs van hem te kopen. Maar eenmaal in het appartement van het slachtoffer wilden ze hem beroven van de verdovende middelen en geld. In de worsteling die daarop ontstond werd Van Mosselveld doodgeschoten.

Bloed

Bij het gevecht raakte ook Avni K. gewond, een van de drie verdachten. Zijn bloed werd gevonden in de woning van Van Mosselveld aan de Anton Coolenlaan in Bladel. Enkele jaren na de dood van het slachtoffer werd het verdrag van Prüm van kracht. Dit verdrag regelt de uitwisseling van informatie uit DNA-databanken uit andere landen in de Europese Unie. Eind 2015 ontving het Openbaar Ministerie een match van het bloedspoor uit de woning van Van Mosselveld met een persoon in de Belgische DNA-databank: de inmiddels 35-jarige Avni K. Hij zat vast voor een ander misdrijf. Op basis van die match werd het onderzoek naar de moord op Van Mosselveld heropend, wat weer leidde tot de aanhouding van de Belg.

Advocaten

Kort na de arrestatie van Avni K. meldden twee 35-jarige mannen uit het Belgische Beringen zich met hun advocaten bij de politie in Breda. Serkan K. en Kemal K. verklaarden ook bij de dood van Van Mosselveld betrokken te zijn.

Het is onduidelijk wie de fatale schoten heeft gelost. De drie wijzen elkaar aan als de schutter.

De uitspraak is op 17 september.