OM: hogere eisen in plofkraakzaken

Het Openbaar Ministerie gaat per 1 mei hogere straffen eisen voor het plegen van ram- en plofkraken. De interne richtlijn voor strafeisen is aangescherpt, omdat een plofkraak ‘grote gevaren en risico’s’ met zich meebrengt, aldus het OM. Overvallers gebruiken niet alleen gasflessen maar ook zware explosieven.

15 maanden

Dat laatste levert onder meer brand- en instortingsgevaar voor panden en omwonenden op. In de oude richtlijn staat als uitgangspunt voor zowel ram- als plofkraken een strafeis van 15 maanden gevangenisstraf. In de herziene richtlijn is nu een onderscheid gemaakt tussen plof- en ramkraak.

Als uitgangspunt bij plofkraken is dat de strafeis van 12 naar 24 maanden gevangenisstraf gaat in het geval het een plofkraak betreft waarbij geen woningen in het getroffen gebouw zijn. Daarnaast een strafeis van 48 maanden gevangenisstraf voor plofkraken in gebouwen waarin ook woningen zijn gevestigd. Voorheen was dit 15 maanden.

15 tot 21 maanden

Als uitgangspunt bij ramkraken geldt dat de strafeis is verhoogd van 15 naar 21 maanden gevangenisstraf. Uit jurisprudentie blijkt dat dit vaak al als straf wordt opgelegd. Het OM vindt daarom deze strafeis gepast.

De nieuwe richtlijnen voor eisen staat in de herziene strafvorderingsrichtlijn ram- en plofkraken die per 1 mei van kracht is. Die maakt onderdeel uit van het Actieprogramma ketenaanpak Overvallen 2017-2018 van de Taskforce Overvallen.

Het OM hoopt met de verscherpte richtlijn plegers van ram- en plofkraken af te schrikken en langer vast te kunnen houden na een veroordeling.