Het Openbaar Ministerie gaat in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam. Die veroordeelde de 55-jarige Marcel S. enkele weken geleden tot 13 jaar cel. Een andere verdachte, de 21-jarige Quinzinho N., werd veroordeeld tot 2 jaar jeugddetentie waarvan 3 maanden voorwaardelijk.

Beiden waren betrokken bij de poging spyshop-medewerker Sander de L. te liquideren in het Westelijk havengebied in Amsterdam. De poging mislukte, omdat het automatisch vuurwapen weigerde waar verdachte Marcel S. mee wilde schieten. De L. werd vervolgens zo zwaar met het vuurwapen mishandeld dat hij deels blijvend invalide is geworden.

Het OM had tegen Marcel S. 20 jaar geëist. Tegen de 21-jarige Quinzinho N eiste het OM 15 jaar cel.

Deskundigen

Hoewel deskundigen anders hadden geadviseerd, besloot de rechtbank de 21-jarige N. volgens het adolescentenstrafrecht te berechten, omdat hij tijdens het plegen van het misdrijf 20 jaar oud was en ‘een bijna blanco strafblad’ had. Het OM stelt zich op een ander standpunt. Het adolescentenstrafrecht is ingevoerd opdat meer rekening gehouden kan worden met de ontwikkelingsfase van jongvolwassenen. Dat speelt bij deze verdachte niet, dat hebben ook de deskundigen aangegeven. De officier van justitie is van mening dat het toepassen van het adolescentenstrafrecht niet passend is bij de persoon van deze verdachte, niet passend bij de rol die hij bij het plegen van het misdrijf zou hebben gehad noch bij de ernst van de feiten.

Ernst van de feiten

Het OM gaat ook in beroep tegen het vonnis van de 55-jarige verdachte. De officier van justitie is van mening dat een strafmaat van 13 jaar niet passend is bij de ernst van de feiten.

Lees ook: ‘Soms denk ik: was dat ding maar wel af gegaan.’