Ontknoping van de Holleeder-verdenking

Met de arrestatie van Willem Holleeder heeft het Openbaar Ministerie een lang uitgestelde daad gesteld. De arrestatie voor twee moorden van Holleeder is de climax die al tien jaar in de lucht hing. Alle kaarten van het OM moeten nu op tafel.


Door @Wim van de Pol

De suggestie dat Willem Holleeder betrokken is bij levensdelicten in het Amsterdamse criminele milieu werd sterk gesuggereerd sinds de liquidatie van Willem Endstra in 2004. De daarna uitgelekte “dagboekaantekeningen” van Endstra suggereerden dat Holleeder een afperser was. De vervolgens uitgelekte achterbankgesprekken van Endstra met de recherche maakten die suggestie sterker. Endstra beschuldigde Holleeder niet alleen van afpersing. Volgens hem zat De Neus ook achter de moord op mede-Heinekenontvoerder Cor van Hout. Holleeder werd in de beeldvorming een moordenaar, maar bewijs was er niet.

Vijf liquidaties

Holleeder werd veroordeeld, maar alleen voor afpersing. Het beeld dat hij betrokken was bij verschillende moorden bleef echter hangen. In het boek De Liquidatie Dossiers werd eind 2011 de balans opgemaakt van wat er op dat moment in de dossiers te vinden was aan bewijs dat Holleeder een moordenaar was. Uit die analyse in het boek kwam naar voren dat een serie getuigen Holleeder beschuldigen van betrokkenheid bij zeker vijf liquidaties. Holleeder is volgens suggesties van de getuigen opdrachtgever geweest van de moorden op Kees Houtman, Cor van Hout, Thomas van der Bijl, Willem Endstra en John Mieremet. Voor Houtman en Van der Bijl wordt hij nu vervolgd.

Afmaken

In het onderzoek naar de liquidatie van Willem Endstra kwam anonieme informatie naar boven die gedetailleerde informatie gaf over de gebruikte auto en het moordwapen. Die anonieme getuige meldde ook dat Willem Holleeder de opdrachtgever van de liquidatie was. ‘Willem Holleeder heeft Ali en Pasja benaderd om Endstra te liquideren’. In het onderzoek naar de liquidatie van John Mieremet, in 2005 in Thailand liggen er ook verklaringen tegen Holleeder. John Mieremet zelf zei een jaar voor zijn dood tegen de Belgische politie: ‘ze gaan me nu echt afmaken’. Hij doelde daar onder andere op Willem Holleeder. Mieremet zei ook dat Holleeder een dodenlijst had en dat hij zelf ‘op nummer 1’ stond. Zijn bodyguard Ferry de Kok verklaarde kort na de dood van Mieremet dat Holleeder de opdrachtgever moet zijn geweest vanwege een conflict over geld.

La Serpe

Hasjhandelaar Thomas van der Bijl, de weduwe van de in 2005 doodgeschoten Kees Houtman en de broer van Cor van Hout beweerden ook dat Holleeder een moordenaar was. Datzelfde bleek kroongetuige Peter la Serpe te hebben gedaan vanaf 2007. Maar al die getuigen zijn niet al te overtuigend en niet erg gedetailleerd.

Geschrapt

Vanaf 2011 werd in het Passage-proces duidelijk dat het Openbaar Ministerie de passages over Holleeder had geschrapt uit de verklaringen. Dat was om zijn veiligheid, beweerden La Serpe en het OM. Waarschijnlijk was dat onzin. Veel aannemelijker is dat het OM zijn kruit droog wilde houden. Het wilde de verklaringen van La Serpe tegen Holleeder bewaren en hoopte erop dat moordmakelaar Fred Ros na een levenslange veroordeling ook kroongetuige zou worden. Ros onderhandelde immers al sinds 2007 met het OM.

Vrije voeten

Begin 2014 lagen daar dan eindelijk de beschuldigingen van Fred Ros tegen Holleeder. Het Openbaar Ministerie heeft ervoor gekozen Holleeder nog bijna een jaar lang op vrije voeten te laten. Dat heeft een aantal oorzaken. De eerste is dat de verklaringen van Ros gelegenheid boden nader onderzoek te doen naar een aantal moordzaken. Het vluchtgevaar van Holleeder werd niet hoog ingeschat. Holleeder was medeverdachte in een afpers- en bedreigingszaak en was daarin op vrije voeten maar mocht het land niet uit. Bovendien zou een arrestatie van Holleeder een nadeel met zich meebrengen: het OM zou zich in de kaarten moeten laten kijken. Om de hechtenis te rechtvaardigen moet immers alle bewijs op tafel worden gelegd.

Waarheidsvinding

Nu de verklaringen van Fred Ros zijn ingebracht in het hoger beroep van Passage – in de zaak tegen onder meer Dino Soerel – is er geen uitstel meer mogelijk. Het proces en het onderzoek naar de Ros-verklaringen zal in de zaken van Soerel en Holleeder tegelijkertijd moeten plaatsvinden, omdat anders de waarheidsvinding in het geding komt en het belang van de beide verdachten.

Meer informatie

Maandag zal het Openbaar Ministerie tijdens de vervolgzitting in het Passage-proces waarschijnlijk meer informatie geven over de stand van zaken in het onderzoek naar Holleeder. Opvallend is dat in het persbericht dat zaterdag is uitgegeven ten aanzien van het bewijs tegen Holleeder alleen gewag wordt gemaakt van de verklaringen van Fred Ros. Misschien ligt er nog wat meer bewijs tegen Holleeder, want erg sterk zijn de beschuldigingen van moordmakelaar Ros niet.

Op tafel

De grote schaakpartij tegen Holleeder en Soerel is nu in de fase van het eindspel beland. Het OM moet in een eindoffensief laten zien dat het genoeg in huis heeft om tot een veroordeling te komen. Of misschien zijn pokertermen passender. Alle kaarten moeten nu op tafel.