Opkomst van de Mexicaanse kartels
Verdovende middelen horen bij de Mexicaanse geschiedenis en cultuur. De oorspronkelijke bewoners van Mexico kenden de werking van cannabis en een reeks van natuurlijke producten als paddestoelen al voor de komst van de Spanjaarden. Smokkel van marihuana en heroïne uit Mexico naar de Verenigde Staten bestaat al sinds voor de Tweede Wereldoorlog. Sinds die tijd zijn er ook criminele groepen die van deze smokkel rijk proberen te worden. Aanvankelijk op bescheiden schaal maar vanaf de jaren tachtig brengt opkomst van de cocaïnehandel een dimensie die voordien onbekend was.
In de jaren tachtig begint het Colombiaanse Medellin-kartel, met als sterke man Pablo Escobar, op grote schaal cocaïne naar de VS te exporteren via Florida en onder meer de Bahama’s. Als de drugsbestrijding die route onder controle krijgt zoekt Escobar contacten in Mexicaanse kringen. Hij verlegt een aantal routes naar Mexico en maakt gebruik van de eeuwenoude sluiproutes voor contrabande over land, die ook gebruikt zijn voor de smokkel van heroïne en marihuana.