Opsporing kan berg crimineel geld niet aan

Het meldpunt voor ongebruikelijke transacties (FIU-Nederland) kreeg in 2018 ruim 750.000 meldingen, ter waarde van ruim 9,5 miljard euro. Dat is het hoogste bedrag dat ooit door de FIU-Nederland werd geregistreerd.

Oplopende trend

Er is sprake van een oplopende trend, zo blijkt uit cijfers van de FIU, het aantal meldingen is ruim een derde meer dan in 2017. Volgens de antiwitwaswetgeving moeten instellingen en beroepsgroepen zoals banken, handelaren in goederen, casino’s en makelaars ongebruikelijke transacties bij de FIU-Nederland melden. Het gaat om transacties waarvan het vermoeden bestaat dat die een verband hebben met witwassen en/of de financiering van terrorisme.

De FIU-Nederland analyseert de meldingen en geeft deze dan door aan de opsporings-, inlichtingen-, en veiligheidsdiensten. Ook werkt de FIU samen met andere Europese landen.

Miniem deel

De Volkskrant schrijft donderdag op basis van een rondgang langs verschillende (anonieme) bronnen dat banken over 2019 nog veel meer meldingen zullen gaan doen. Tegelijk zijn deze meldingen – en dus ook het bedrag van 9,5 miljard, volgens de krant maar het topje van de ijsberg. Binnen de banken houdt men om commerciële motieven waarschijnlijk nog veel zicht op verdachte geldstromen binnenskamers.

Verder is het zo dat de opsporingsdiensten maar een miniem deel van de meldingen oppakken. Een bron bij de FIU schat dat van de 15 procent verdachte transacties die het bureau doorgeeft aan politie, FIOD en OM niet meer dan 10 procent tot opsporing en vervolging leidt. Van 58.000 meldingen blijven er dus 52.000 liggen.

Overigens is er bij de politie al vele jarenlang sprake van een overkill aan meldingen waar niets mee wordt gedaan.