Paar maanden extra vakantie, Peter?

‘Een paar dagen voor de verkiezingen wordt de toon in de politieke debatten steeds venijniger. Dat mag natuurlijk, als woordenwisselingen maar waardig en met respect voor elkaars positie en verantwoordelijkheden verlopen. Die houding was afgelopen donderdag ver te zoeken bij Peter de Vries, die bij De Wereld Draait Door met een vertrokken gezicht verbaal op VVD-leider Mark Rutte probeerde in te hakken. Dat hij dat doet bij criminelen, oké.’ Dat schrijft Johnvan den Heuvel in De Telegraaf.

‘In woord en gebaar uitstralen dat je Rutte niets vindt, mag ook. Maar als je als ’tafelheer’ zelfs het fatsoen niet kunt opbrengen om iemand te laten uitpraten, is het ernstig met je gesteld. Toch nog maar een paar maanden extra vakantie opnemen, Peter?

Volgens de misdaadverslaggever in ruste wekt de VVD in het verkiezingsprogramma ten onrechte de suggestie op te komen voor de belangen van slachtoffers van misdrijven. De Vries had opgezocht dat de politie jaarlijks 15.000 aangiften laat liggen, terwijl er bij die meldingen van burgers wel zicht is op een dader. Op zichzelf klopt dat.

Sterker, ik denk dat dit getal nog wel eens hoger kan zijn. Politie en openbaar ministerie verzuipen in het werk. Los daarvan worden lang niet altijd goede keuzes gemaakt bij het selecteren van zaken die wel worden aangepakt.

Is dat de schuld van Mark Rutte of de VVD? Natuurlijk niet. Ik hoef Rutte of andere ministers uit zijn kabinet niet te verdedigen, want dat kunnen ze prima zelf. Twee bewindslieden noem ik wel bij naam. Ivo Opstelten en Fred Teeven straalden de afgelopen jaren wel degelijk uit veel oog te hebben voor belangen van slachtoffers. In woord en daad. Ze regelden extra spreekrecht in de rechtszaal en zorgden ervoor dat slachtoffers worden geholpen bij schadeclaims. Iemand die schade ondervindt van een misdrijf, hoeft niet meer zelf bij de dader aan te kloppen. De overheid schiet het bedrag voor en gaat het verhalen op de veroordeelde. Een enorme steun in de rug voor heel veel mensen, die door criminaliteit in de problemen raken.

Om die twee, via Rutte, aan te wrijven dat het veiligheidsbeleid de afgelopen twee jaar is mislukt, is net zo oneerlijk als De Vries te verwijten dat hij verdiende aan de criminele activiteiten van Willem Holleeder.

Eén kritiekpunt deel ik wel en dat raakt niet alleen de VVD maar alle partijen die instemden met het vormen van een nationale politie. De politicus die met droge ogen beweert dat het vormen van één groot landelijk korps betekent dat er meer agenten op straat komen, liegt dat hij barst.

De nationale politie vergroot alleen maar de kloof met het lokale bestuur en dus de burger. De grootste overheidsreorganisatie ooit mondt binnen de kortst mogelijke tijd uit in een bureaucratische warboel, waar criminaliteitsbestrijding zonder enige twijfel onder gaat lijden. De politicus die het tegendeel suggereert, is ook toe aan extra vakantie.’