Politie in hoek waar de klappen vallen

Slechte berichten dit weekend over de Nederlandse politie. Eerst het papierwerk. Het Openbaar Ministerie zou circa 40 procent van alle processen-verbaal die de politie instuurt terugsturen omdat ze gewoon net goed genoeg zijn. Ze zitten vol met fouten en tegenstrijdige informatie. Dat heeft de politiewetenschapper Jaap Timmer vorige week bij tv-programma Nieuwsuur gezegd. Dan de computers: Zembla kwam zaterdagavond met het bericht dat de politie 8 tot 10 procent minder dossiers aan het Openbaar Ministerie levert doordat haar nieuwe computersystemen niet goed werken.

Jaap Timmer reageerde bij Nieuwsuur op de plannen van minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie die het papierwerk bij de politie wil terugdringen, zodat agenten meer tijd aan het echte politiewerk op straat kunnen besteden. Timmer zei dat een zekere mate van bureaucratei niet erg is maar juist noodzakelijk, maar dan moet de kwaliteit van het papierwerk wel in orde zijn. Investeren dus, in goed bureaucratie.

De Utrechts korpschef Stoffel Heijsmans zei in Zembla dat per jaar rond de 20.000 dossiers, met daarin opsporingsinformatie die tot de aanhouding van daders kan leiden, nergens naar toe gaan.

De nieuwe computersystemen voor agenten op straat en voor de recherche zijn de schuld. Die systemen zijn zo gebruiksonvriendelijk dat veel politiemensen niet alle informatie invoeren.

‘De basisvoorziening handhaving (BVH) is voor de meeste collega’s een trauma’, zegt Jan Willem van de Pol van de Nederlandse Politiebond.

Jan Stikvoort, korpschef Hollands-Midden meent dat er niet minder informatie wordt ingevoerd, wel onzorgvuldiger, maar ook hij is duidelijk: ‘Om te gebruiken, is het een ramp.’

Cruciale informatie raakt weg en verdachten komen vrij, aldus Zembla. Uit cijfers van het Korps landelijke politiediensten (KLPD) blijkt dat de pakkans voor criminelen sinds de invoering van de computersystemen twee jaar geleden is gedaald.