Rechtbank wil dossier afpersing er niet bij
De rechtbank in Amsterdam weigert om het gehele afpersingsdossier van Willem Holleeder te voegen in de moordzaak tegen Dino Soerel. De verdediging van Soerel had daarom gevraagd omdat dit dossier ontlastend zou zijn voor Soerel. Maar de rechtbank vindt niet dat alleen de aanwezigheid van ontlastend materiaal in dat dossier een integrale voeging rechtvaardigt. Wel mag de verdediging selecties aangeven van stukken uit dat dossier. De rechtbank zegt nu van de uitlatingen van het Openbaar Ministerie begrepen te hebben dat ook Willem Holleeder verdacht is deel uit te maken van de criminele moordorganisatie waar Soerel en zijn medeverdachten in Passage in zouden figureren.
De rechtbank gaat ervan uit dat de verdenking ten aanzien van de criminele organisatie waar Soerel en anderen van verdacht worden zich beperkt tot het plegen van moorden op: Van der Bijl, Houtman en de opdrachten voor Leen B., Atilla Ö. en August Adjoeba.
Dat betekent dat de rechtbank er van uitgaat dat het Openbaar Ministerie weliswaar aanvullend bewijs ziet dat binnen die organisatie ook de moorden op Evert Hingst, John Mieremet, Cor van Hout en Nedim Imaç zijn besproken, maar dat er geen bewijs voor ligt.
De verdediging mag dat aanvullend bewijs betwisten en dus stukken uit die moordonderzoeken erbij halen, maar alleen voorzover dat gaat over dat aanvullend bewijs, dus bijvoorbeeld afgeluisterde gesprekken, getuigeverklaringen of anonieme politie-informatie. Daar horen ook bij stukken of getuigen die vertellen over mogelijke motieven die leefden binnen de veronderstelde moordclub voor deze moorden.
De advocaten van Soerel stellen dat het de bedoeling is van het Openbaar Ministerie om via Willem Holleeder een brug te slaan tussen Soerel en de moorden op Houtman en Van der Bijl. En dat er dus een relatie is met de afpersingen van Holleeder. Zeker nu het OM ook de achterbankgesprekken van Wim Endstra bij het bewijs heeft ingebracht.
Die Endstra-gesprekken zouden bewijzen dat Soerel een leidende en een geweldsplegende rol had binnen de organisatie.
De rechtbank heeft besloten dat er vanaf nu stukken en getuigen door Soerel mogen worden ingebracht die relevant zijn voor bestaan van de criminele moordorganisatie met Willem Holleeder, de door Endstra geschetste ledinggevende rol van Soerel binnen deze club en over de relatie tussen Soerel en Holleeder.
Hoewel de voeging van het gehele afpersingsdossier Kolbak is tegengehouden zijn er al met al voor de verdediging in de zaak Soerel dus nog vele mogelijkheden om stukken en getuigen op tafel te krijgen. Met name over de relatie tussen Soerel, Willem Holleeder en Endstra en ook over de betrouwbaarheid van Endstra.
Met dank aan Bondtehond, op zijn site is ook de tussenbeslissing van de rechtbank in zijn geheel (pdf) te lezen.
Lees ook:
OM wil geloofwaardigheid Endstra goed bewaren