Schlemiel in Thailand

De vraag is welke zware criminelen Clemens K. zó onder druk hebben gezet dat hij als hoofd financiën van een culturele instelling miljoenen ging verduisteren. In de papieren Parool van vrijdag meer over het tragische verhaal van K. De man heeft geen cent en werkt noodgedwongen in een fabriek in Thailand. Alles heeft hij moeten inleveren bij afpersers.

Althans, zo heeft de advocaat van K., Geertjan van Oosten het tegen Het Parool vertelt. K. krijgt nu een vrijgeleide van justitie om voor het gerechtshof als getuige zijn verhaal te doen.

Clemens K. (42) is door de rechtbank in Amsterdam veroordeeld tot vijf jaar cel omdat hij tussen september 2007 en maart 2009 ruim 15 miljoen euro verduisterde in zijn functie als hoofd financiën bij het Fonds Beeldende Kunsten, Vormgeving en Bouwkunst. Hij hoopt nu door te verklaren in hoger beroep aanzienlijk minder straf te krijgen.

Zijn kant van het verhaal is vooral dat K. al in Amsterdam voorafgaand aan de verduistering onder zware druk zou hebben gestaan van criminelen. Hij zou er zijn ‘ingetrokken’ en de ellende zou zijn begonnen op zijn sportschool aan de Weesperzijde in Amsterdam toen hij een “vriend” wat geld had geleend. 

Volgens zijn advocaten zat hij in de ‘klauwen van zware jongens’. Er zou nimmer sprake zijn geweest van voorbedachten rade en een beeld van een Bounty-eiland in het verschiet. Hoe precies de route van het geld is geweest staat nog niet vast. Er is met name in Zuid-Limburg door een groep zware criminelen gejaagd op de miljoenen, waarbij een van de figuranten in stukken gesneden langs een snelweg werd gevonden.

Maar er schijnt ook geld naar Litouwen en Estland te zijn gesluisd.

K. vluchtte in maart 2009 met zijn twee zoons naar Thailand, waar ze met zeer zware bedreigingen te kampen zouden heben gehad. Aanvankelijk werd K. gezelschap gehouden door twee Thaise vriendinnen, waarvan er één omgebouwd was, maar die verlieten hem zodra duidelijk was dat er financiëel niets meer bij K. te halen was.

Alle berichten over Clemens K. hier.