Strafzaak van tafel door geweld en racistische uitingen agenten

De rechtbank Rotterdam heeft donderdag het Openbaar Ministerie in twee zaken niet-ontvankelijk verklaard omdat agenten bij een aanhouding onrechtmatig geweld hebben toegepast en discriminatoire uitlatingen hebben gedaan in de richting van de verdachten. Ook zijn belangrijke dingen niet opgenomen in de processen-verbaal. Dat waren zulke ernstige vormverzuimen dat volgens de rechtbank de zaken van tafel moeten.

Geluidsoverlast

De verdachten in de zaak stonden terecht omdat ze op 5 december 2020 in Dordrecht geweld hadden gebruikt tegen politiemensen die op een melding over geluidsoverlast waren afgekomen. Er ontstond een vechtpartij tussen aanwezigen en politiemensen. Wat zich heeft afgespeeld is vastgelegd in beeld en geluid met een beveiligingscamera. De beelden zijn op de zitting van de rechtbank uitvoerig bekeken en besproken.

‘Niet gepast’

De rechtbank zegt te willen benadrukken dat de politie met respect behandeld moet worden en ongestoord haar werk moet kunnen kunnen doen. De rechtbank noemt de houding van de verdachten ‘niet gepast’ en rechtbank neemt aan dat de verbalisanten in deze zaak hun taak in het algemeen naar eer en geweten vervullen.

Toch oordeelt de rechtbank dat er bij deze zaak sprake is geweest van een combinatie van verkeerde inschattingen en fouten op het moment van de aanhouding. Daarna zijn verkeerde keuzes gemaakt, er zijn racistische uitingen gedaan en er is teveel geweld toegepast.

In het gedrang

De rechtbank vindt het niet kunnen dat de geweldshandelingen en de racistische en beledigende woorden in het ambtsedig proces-verbaal ontbreken. Al met al is door het handelen van de politie en het Openbaar Ministerie op grove wijze het recht van de verdachten op een eerlijke behandeling van hun strafzaken zaak in het gedrang gekomen, vindt de rechtbank.

‘Door achtereenvolgens het toepassen van disproportioneel geweld, het doen van een racistische uitlating en het pas na aanhoudend aandringen van de verdediging nader onderzoek te doen naar die uitlatingen, zijn meerdere normen geschonden, waaronder de integriteit van opsporing en de waarheidsvinding’, aldus de rechtbank.

Zie het vonnis.