‘Vrijlating Limburger geen fout’ (UPDATE)

'Een storm in een glas water', zo noemt Warmolt Tonckens, de advocaat van Will G., de berichtgeving in De Telegraaf over de vrijlating van zijn cliënt. Volgens hem is de geschetste gang van zaken onjuist: het is niet zo dat G. – die in 2008 in Duitsland zijn vriendin doodde – door een fout op vrije voeten is gesteld. G. mocht in Nederland zijn straf uitzitten en was toe aan een gebruikelijke voorwaardelijke invrijheidstelling.

Termijn

Sittardenaar G. zou zonder problemen onder voorwaarden zijn vrijgekomen ware het niet dat door een fout van het Openbaar Ministerie een termijn van 30 dagen was verstreken. De rechtbank vindt dat dit de geplande vrijlating, op 10 januari jongstleden, niet in de weg mocht staan. G. heeft een meldingsplicht, staat onder toezicht van de Reclassering, heeft huisvesting geregeld en krijgt ambulante geestelijke zorg.

Slordig

Tonckens: 'Het laten verstrijken van de termijn en het niet faciliteren van de gestelde voorwaarden door een interne fout van het OM noem ik slordig, maar mijn cliënt is niet door een fout te vroeg vrijgekomen. Het is ook niet bijzonder dat G. onder voorwaarden wordt vrijgelaten, het is geheel volgens de regels gegaan.'

Doodslag

G. kreeg in Duitsland acht jaar cel. De rechter oordeelde dat hij was aangevallen door zijn vriendin met een mes en ging niet mee in de eis van moord, maar vond doodslag wel juist. G. probeerde zich van het lichaam te ontdoen door onder meer zijn slachtoffer in stukken te zagen. Dat vond de rechtbank een strafverzwarende omstandigheid. Uiteindelijk mocht G. het laatste deel van zijn straf in Nederland uitzitten. Zijn straf bleef dezelfde als hij al in Duitsland had gehad.