Tapschandaal: Recherche loog onder ede

Ex-confectieondernemer Robert Hörchner (foto) eist dinsdag voor het gerechtshof in Den Bosch dat twee politiemensen van het korps Brabant-Noord worden vervolgd voor het opzettelijk vervalsen van uitwerkingen van een telefoontap. Op basis van dat gesprek is de echtgenote van Hörchner indertijd vastgezet als verdachte van xtc-productie. Luister en huiver.

Door Wim van de Pol

Het staat inmiddels al vast dat de uitwerking van het omstreden gesprek onjuist was. Maar Hörchner wil nu aantonen dat de politie opzettelijk valsheid in geschrifte heeft gepleegd om hem en zijn vrouw van hun vrijheid te beroven. In een eerdere procedure oordeelde het gerechtshof dat de politie weliswaar ‘onzorgvuldig’ was geweest, maar niet opzettelijk had gehandeld, zonder de opname te beluisteren. Nu de oorspronkelijke geluidsopname in handen is van Hörchner zegt deze de opzet aan te kunnen tonen.

Wat zijn de feiten?

Eind 1999 is de recherche Brabant-Noord een criminele organisatie op het spoor die xtc produceert. Hörchner heeft een loods in Den Bosch die leeg staat omdat hij productie van kleding naar Polen heeft verplaatst. De xtc-organisatie wil snel een tijdelijke ruimte voor een laboratorium. Via via krijgen ze de sleutel van de loods in handen, buiten medeweten van Robert Hörchner. Er zijn hierover vele telefoontjes door de politie geregistreerd. Dit is het fragment waar het om draait, van 12 november 1999.

{youtube}6UE4BC_ZEBo{/youtube}

Dit is een gesprek tussen een voormalig hoofdagent van politie en zijn compagnon die voor Hörchner de loods beheren. Middenin het gesprek richt de eerste een moment het woord aan een medewerker die iets geregeld moet hebben. Met de zinsnede ‘wil zeggen dat het gebeur ook‘ bedoelt de man in het Culemborgs dialect dat de medewerker iets direct moet regelen, iets wat overigens niks met de loods te maken heeft.

Een rechercheur voegt er op ambtseed in een proces-verbaal een niet bestaande zin aan toe: en de ten procent voor jou. Op basis van deze passage zijn Hörchner en zijn echtgenote Annelies verdacht en wordt Annelies in januari 2000 ook twee weken vastgezet als verdachte in de xtc-zaak. Nadat de rechter haar op vrije voeten zet construeert de chef van de tapkamer een nieuwe versie, kennelijk om de verdenking dat de Hörchners weet hadden van de xtc-productie wat te verzwaren (lees ook de details in het proces-verbaal). 

De volgende zin komt erbij, alweer in een ambtsedig proces-verbaal: ‘ik zeg dan krijgt ie voor die …. (onverstaanbaar) vier-twee. Jee, Dus dat eh, moetje zeggen dat ik gebeurd heb en ik heb nog geld voor jou’.

Het grote probleem is nu dat dit helemaal niet is gezegd in het gesprek, zoals we konden horen.

Ook het onafhankelijke forensisch instituut Maastricht Forensisch Instituut (TMFI) heeft dit vastgesteld. Pas na een procedure van zeven jaar procederen kregen de Hörchners dit materiaal in handen.

Advocaat van de Hörchners is Yehudi Moszkowicz. Volgens hem staat nu vast dat de zinsnede en de ten procent van jou moedwillig en opzettelijk is toegevoegd. De 26 woorden in de tweede versie eveneens. Moszkowicz: ‘Deze politieambtenaren zijn getraind in het uitluisteren van telefoontaps en zijn opgeleid om de processen-verbaal uiterst zorgvuldig op te maken. Zij zijn zich ook heel bewust van de consequenties die een belastend proces-verbaal voor een mensenleven kunnen hebben. Ondanks hun ervaring en functie hebben de twee politiemensen drie verschillende uitwerkingen gemaakt, waarvan door zowel de betrokkenen en een onafhankelijk Forensisch Instituut wordt gezegd dat daarvoor in het geheel geen steun is te vinden in de opname.’

Tegen een verslaggever van het Katholiek Nieuwsblad onderstreepte de chef van de tapkamer in 2007 dat de 26 woorden die hij in zijn proces-verbaal vermeldde ook echt waren gezegd. Nu blijkt: de man heeft gelogen:

{youtube}rHpCD_NMo3I{/youtube}

NIet dus.

Rechtbank en gerechtshof stelden in de strafzaak vast dat de Hörchners de loods niet verhuurden, maar dat de XTC-bende zonder toestemming of medeweten er voor 14 dagen onderdak had gezocht.

Maar de nachtmerrie was nog niet over. Terwijl politie en justitie wisten van de onschuld van de Hörchners, werden ze 2000 opnieuw in een zaak valselijk beschuldigd door de recherche in Brabant-Noord. Hörchner werd in 2007 overgeleverd naar Polen.

(wordt vervolgd)