Vier jaar cel voor man die ‘bewust mis schoot’

De rechtbank in Assen heeft een 27-jarige man uit Hoogeveen dinsdag tot vier jaar cel veroordeeld. Hij schoot met een pistool op een plaatsgenoot, na een ruzie. Het schot miste, maar de rechter vond dat hij het risico hierbij nam de ander te doden.

Schot

Justitie eiste eerder vijf jaar voor poging tot doodslag en verboden wapenbezit. De man werd ervan beschuldigd dat hij op 12 februari van dit jaar een schot afvuurde op een 28-jarige man uit die stad, bij zijn woning. Dat schot miste trouwens doel.

Ruzie

De twee hadden ruzie met elkaar. De 28-jarige man zou betrokken zijn geweest bij een inbraak bij de ander. Kort voordat hij schoot, reed de 27-jarige persoon de vriendin van de ander klem, en vroeg haar waar hij woonde. Daarna kwam de andere man hierover verhaal halen. In de vroege ochtend van 12 februari drong hij bij hem naar binnen, in een kelder, die de ander tijdens de rechtszaak zijn ‘mancave’ noemde, aldus RTV Drenthe in het rechtbankverslag.

Deur ingetrapt

De 27-jarige man vuurde toen de deur werd ingetrapt en de schroeven door de lucht vlogen, zo tekende RTV Drenthe op. ‘Ik kon geen kant op. Ik was in paniek.’ De verdachte man beweerde dat hij bewust mis had geschoten. Hij had het pistool geleend en er een keer een proefschot mee uitgevoerd.

De 27-jarige schoot van korte afstand op de ander, die op dat moment al aan het vluchten was door een smal trapgat. De kogelinslag werd later teruggevonden op een van de treden. De schutter wist dat zijn pistool geladen was.

Zijn advocaat gaf aan dat niet kan worden bewezen dat zijn client opzet had de ander te doden, of zwaar lichamelijk letsel toe te brengen. ‘Verdachte heeft bij de politie en bij de rechter-commissaris verklaard bewust niet op aangever te hebben geschoten, zodat van vol opzet geen sprake is.’

De rechter ging daar niet in mee, gezien de uitspraak:

‘De rechtbank overweegt dat verdachte bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat vitale lichaamsdelen van aangever zouden worden geraakt, waardoor hij zou komen te overlijden. Immers heeft verdachte van korte afstand met een vuurwapen in de richting waar aangever zich bevond geschoten, terwijl aangever zich in een smalle trapopgang bevond en aangever op dat moment in beweging was, in zijn vlucht naar boven. Hierbij acht de rechtbank van belang dat verdachte geen geoefend schutter is en heeft verklaard ten tijde van het schieten in paniek te zijn geweest. Verdachte kon daarom niet voorspellen of de kogel aangever zou raken. Dat hij bewust niet gericht heeft op aangever, zoals verdachte stelt, acht de rechtbank gelet op het voorgaande niet aannemelijk geworden.’