Belgische verdachte: ik werkte voor de DEA op Nederlandse drugscriminelen

Belgische verdachte: ik werkte voor de DEA op Nederlandse drugscriminelen

De advocaat van een verdachte in een Belgisch onderzoek naar een transport van cocaïne uit Suriname stelt dat zijn cliënt als criminele burgerinfiltrant werkte voor de Belgische Federale Politie (FGP) en voor de Amerikaanse Drug Enforcement Administration (DEA). Deze Francky D. (59) regelde volgens de FGP een cocaïnetransport voor twee Haagse verdachten. Dat blijkt uit stukken die Crimesite heeft ingezien.

Door @Wim van de Pol

In oktober 2020 wordt er een cocaïnetransport vanuit Suriname ontdekt in de haven van Antwerpen: 287,60 kilo. Een bedrijf van Francky D. uit de buurt van Kortrijk is betrokken bij het transport, dat uiteindelijk in Nederland had moeten worden afgeleverd. De FGP denkt dat een tweetal uit Den Haag opdrachtgever was.

Het bedrijfje van Francky D. is overigens al twee keer eerder in verband gebracht met cocaïnehandel, namelijk een inbeslagname van 1500 kilo in Antwerpen en 4650 kilo in Hamburg.

Bolle Jos

Uit het Belgische onderzoek blijkt dat D. middels Sky ECC-telefoons contacten had met de Nederlandse opdrachtgevers uit Den Haag. Deze man en vrouw zijn bij de Nederlandse recherche bekend als betrokken bij cocaïnehandel.

Een van de twee wordt via contacten met EncroChat-telefoons en Sky ECC-telefoons gelinkt aan verdachten in het grote Belgische Costa-onderzoek. In dat onderzoek is ook de voortvluchtige Bredanaar “Bolle” Jos Leijdekkers één van de verdachten.

DEA

De twee Nederlanders werden samen met wat andere verdachten gearresteerd. Francky D. ook: op 25 oktober 2022.

Tot zover is er niets vreemds aan de zaak. D. werd in voorlopige hechtenis geplaatst in Gent. Maar recent bleek tijdens een zitting voor de rechtbank in Kortrijk dat de zaak toch heel bijzonder is.

De advocaat van D., Walter van Steenbrugge, stelt dat hij kan bewijzen dat zijn cliënt een criminele burgerinfiltrant voor de DEA is geweest, met medeweten van de FGP, die dankbaar gebruik maakte van de diensten van D., om de cocaïnezaak rond te maken.

Het probleem is dat die inzet van D. in België niet volgens de wet is verlopen. Hij had een overeenkomst met de DEA en niet met de Belgische justitie, hij opereerde dus illegaal.

Costa Rica

Hoewel D. ook gevestigd was in West-Vlaanderen woonde hij al decennia in een prachtig huis op een berg in Costa Rica. Hij verhandelde in vele Latijns-Amerikaanse landen natuurproducten, en van alles en nog wat, maar kwam ook in aanvaring met criminele organisaties. En op zeker moment stond hij in contact met mensen van de DEA, aldus zijn advocaat.

Tablet

Van Steenbrugge zegt dat er op de tablet van zijn cliënt ‘duizenden berichten’ staan die laten zien hoe hij samenwerkte in de opsporing met twee rechercheurs van de FGP en met een persoon die “Manny” wordt genoemd, zijn DEA-runner. Opmerkelijk genoeg is deze inhoud van de tablet niet gevoegd aan het strafdossier, in tegenstelling tot ander dataverkeer, namelijk het contact van D. met medeverdachten, de kennelijke drugscriminelen.

Het contact met de DEA bestond al vele jaren. D. zegt te zijn betaald met cash geld van de DEA, via een wisselkantoor in Oostende.

Levensgevaar

Advocaat Van Steenbrugge zegt dat D. momenteel in levensgevaar is omdat zijn rol is uitgelekt. Hij stelde zich vergeefs in verbinding met de Belgische minister van Justitie. Hij eist dat D. wordt vrijgelaten en in een beschermingsprogramma geplaatst. Verder eist hij als schadevergoeding 3,5 miljoen euro, wat is gebaseerd op een vergoeding voor 30 jaar à 8500 per maand, die nodig is voor onder meer beveiliging.

Van Steenbrugge liet aan de Belgische minister van Justitie schriftelijk weten: ‘Indien hier niet wordt op ingegaan, zal cliënt zich genoodzaakt zien alle operaties waaraan hij heeft deelgenomen, uit de doeken te doen, wat voor tal van gerechtelijke onderzoeken een klap zal betekenen nu het duidelijk is dat het optreden van mijn cliënt niet verliep volgens de regelgeving.’

Manny

Het Belgische Openbaar Ministerie heeft zich tot nu toe op het standpunt gesteld dat het verhaal van Francky D. verzonnen is, en er geen spoor van bewijs voor is dat D. in een infiltratietraject werkte.

Zowel advocaat Van Steenbrugge als de echtgenote van Francky D. hebben aan de vermeende DEA-runner “Manny”, die overigens over een Belgisch mobiel nummer beschikte, bevestiging gevraagd. Telefonisch en via de app heeft Manny laten weten dat hij zich aan zijn geheimhouding moet houden. Hij adviseert dat D. zich in verbinding stelt met de ‘bevoegde autoriteiten in België.’