‘Een relatie tussen Ros en de Staat?’ (#2)

In 2008 bedacht Jesse Remmers zich. Na overleg met zijn advocaat besloot hij toch geen kluisverklaring af te leggen. Fred Ros en Peter la Serpe hebben dat wel gedaan en werden beschermde kroongetuigen. Remmers zei afgelopen vrijdag met zijn ontboezemingen te zijn gekomen omdat deze feiten te denken geven over het verhaal van Fred Ros.

Door @Wim van de Pol

In 2010 al blijkt Passage-offcier van justitie Betty Wind in een brief aan de toenmalige raadsman van Remmers informatie te hebben gegeven over het contact tussen Remmers en teamleider Bart Gietema van de Amsterdamse recherche (zie hier). De mutatie die is opgemaakt door Gietema zelf op 25 januari 2008:

Op verzoek van Jesse om 10.00 kort met hem gesproken in cel 007. Wilde weten wat een kluisverklaring is. Hem dit uitgelegd en daarbij aangegeven dat hij in een bijzondere situatie zit waarbij je je kan afvragen of het in zijn situatie überhaubt wel mogelijk is om zo’n traject in te gaan. Zijn bedoeling was volgens mij om over zijn ervaringen met de cie een verklaring af te leggen om daar op een later moment, wanneer HIJ dat wil, naar te verwijzen. Gesprek opgenomen.

Waarom?

Waarom ontkende Gietema dit contact – en dat het was opgenomen – afgelopen september voor het hof terwijl hij onder ede stond? Het onderwerp was ook al ter sprake tijdens een verhoor door Gietema van Remmers in 2010. Ook daarin herinnerde Gietema zich niet dat er in de cel over kluisverklaringen was gesproken, noch dat dit gesprek was opgenomen.

Remmers: Nee, maar dit is iets, de eerste dag op het hoofdbureau heb ik ook gezegd dat ik van plan was een uitgebreide verklaring af te leggen, terwijl ik weet dat mijn advocaat het er niet mee eens zou zijn, die zou me adviseren het niet te doen. Echter ik neem zelf de beslissing dat ik dat zou doen. (…) maar we hebben ook nog een gesprek gehad, dat je in mijn cel bent gekomen.

Gietema:  Die keer heb ik wat papieren uitgereikt aan jou.

Remmers: Nee, toen heb ik jou gevraagd hoe het, hoe een kluisverklaring in elkaar zit, hoe de voorwaarden daarvan waren. Toen had je me uitgelegd van, dat … want ik vroeg toen van … toen heb ik het over het kentekenpapiertje gehad.

Gietema: Dan moet ik terugkijken, dat weet ik niet meer, Jesse.

Remmers: Nee.

Gietema: Ja nee, ga door…

Remmers: Maar je komt nog binnen met een memorecorder, je hebt het opgenomen…

Gietema: Nee.

Remmers: Ongelofelijk! OK…ja wat moet ik hier nou mee?

Gietema: Als we dingen opnemen, dan zeggen we dat tegen jou. Dat doen we niet in een cel.

Remmers: Luister, je bent binnengekomen, nee luister ik begrijp nu dat je je hebt voorgehouden dat je niet gaat zeggen. Je bent binnengekomen met een memorecorder. Toen heb je nog gekeken: staat hij aan? Vervolgens hebben we allebei gekeken: goed, hij staat aan. Toen zei je nog van: ja dat moet, ik ben alleen. En toen hebben we gesproken over dat kentekenpapiertje. Maar kan je je überhaupt herinneren dat we gesproken hebben over dat kentekenpapiertje wat bij Francis is gevonden?

Gietema: Ik ken dat papier ja.

Remmers: hebben wij daarover gesproken?

Gietema: Ja sorry ik kan me dat echt niet herinneren hoor, en ik heb ook niks opgenomen.

Remmers: Nou!

Gietema: Nee.

Remmers: OK!

Jesse Remmers toonde zich toen, zo lijkt het, oprecht verbaasd. Hij leek niet te begrijpen waarom Gietema hierover geheugenverlies zou kunnen veinzen. Afgelopen vrijdag leek hij dat wel te begrijpen. De recherche is bij Remmers nooit meer op de handschriften op de briefjes, noch op Fred Ros teruggekomen. Er werden geen vragen meer gesteld over wat hij over Ros en de briefjes zou kunnen weten. ‘Dat is opvallend’, zei Remmers.

Niet wenselijk

In 2010 was niet duidelijk dat Ros kroongetuige zou worden en dat hij al vanaf 2007 middels zijn advocaat contact heeft gezocht met justitie. Ros sloot zijn deal pas eind 2013. Wilde de recherche al in 2008 een deal met Ros sluiten en waren daarom vanaf 2008 belastende verklaringen van Remmers over Ros niet wenselijk? Het gerechtshof zag vrijdag kennelijk die vraag ook opdoemen. ‘Ziet u een relatie tussen Ros en de Staat?’, vroeg de voorzitter van het gerechtshof. ‘Ik weet het niet. Het roept vragen op’, antwoordde Remmers.

Gehoorschade

Remmers noemde nog een aantal punten waarin Bart Gietema over hun contact volgens hem niet de waarheid zou hebben verteld. Zo vertelde Gietema vorig jaar onder ede dat hij Remmers in de gevangenis in Marokko heeft ontmoet. Remmers zegt dat de feiten in het dossier anders liggen en dat hij Gietema pas op het vliegveld van Rabat voor het eerst zag. Ook zei Gietema onder ede dat Remmers ‘aan de verkeerde kant’ naast hem zat in het vliegtuig. Door de gehoorschade van Remmers aan één zijde was communicatie door het vliegtuiglawaai niet mogelijk, zei hij. Remmers houdt vol dat Gietema juist wel aan de goede kant zat en dat er goed kon worden gepraat over het briefje van Fred Ros en de rechercheur “Sidney” met wie Remmers contact had gehad (zie deel #1 van dit verhaal).

Piepstemmetje

De advocaten van Remmers zullen Gietema en eventueel andere getuigen hierover aan de tand willen voelen om het geheugenverlies van Gietema nader te onderzoeken. Misschien komt het andere papiertje dat door Ros zou zijn geschreven nog boven tafel uit de boezem van de CIE van de landelijke eenheid van de politie. De geluidsopname van de memorecorder van Gietema blijkt om onopgehelderde reden te zijn vernietigd. Toch zei Remmers vrijdag blij te zijn dat er in ieder geval is gedocumenteerd dat er wel degelijk contact tussen hem en Gietema in de cel is geweest en dat er ook is opgenomen: ‘Wie gelooft mij nou, met mijn piepstemmetje?’

Zie ook:

Jesse Remmers wilde over Fred Ros verklaren