‘Geen mensenrechtenschending door levenslange straf’

De levenslange gevangenisstraf van Faig B. is volgens de conclusie van de advocaat-generaal van het parket bij de Hoge Raad geen schending van artikel 3 van het EVRM. De Hoge Raad oordeelde op 5 juli 2016 op dat moment in strijd was met het EVRM.

Besluit

De advocaat-generaal vindt dat doordat de staatssecretaris van Justitie op 6 juni jl. het Besluit Adviescollege levenslanggestraften heeft gepubliceerd. Daarin is bepaald dat de mogelijkheid van gratieverlening bestaat en wel uiterlijk 27 jaar na aanvang van de detentie. Ook is een Adviescollege levenslanggestraften in het leven geroepen dat over de gratieverlening zal adviseren. Hiermee voldoet volgens de advocaat-generaal het Nederlandse recht door dit besluit aan de eisen die voortvloeien uit het EVRM.

Herbeoordeling

In Nederland kan levenslange gevangenisstraf daadwerkelijk levenslang duren. Het Europees Hof voor de Rechten van Mens vindt dat na verloop van tijd echter wel een reële mogelijkheid tot herbeoordeling van de levenslange gevangenisstraf die kan leiden tot verkorting van de straf of (voorwaardelijke) invrijheidstelling moet bestaan.

In deze zaak heeft het Hof Den Haag Faig B. veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf voor moord, doodslag en een poging tot doodslag. Hij heeft tegen deze veroordeling cassatie ingesteld. In cassatie is de vraag aan de orde of die levenslange gevangenisstraf in stand kan blijven. Als het advies van de advocaat-generaal wordt gevolgd dan wordt die cassatie verworpen.

In Nederland zitten ruim dertig mensen een levenslange gevangenisstraf uit.