Hoofdverdachte martelcontainers terminaal ziek

Eén van de hoofdverdachten in het onderzoek naar de martelcontainers die zijn aangetroffen in Wouwse Plantage, Robin van O. (41), heeft een terminale ziekte. Hij wordt behandeld aan een ernstige vorm van kanker en is overgebracht naar het gevangenisziekenhuis in Scheveningen. Dat heeft zijn advocaat bevestigd na berichtgeving in Het Parool. De tumoren zijn uitgezaaid. Van O. zat eerst in een streng beveiligde regime in de PI Leeuwarden.

Knobbel

Een betrouwbare bron zegt tegen Crimesite dat Van O. zich acht maanden geleden al tot drie keer toe heeft gemeld bij de medische afdeling van de penitentiaire inrichting met de vraag of een knobbel op zijn lymfeklier kon worden onderzocht. Dat is niet gebeurd. Ook een verzoek om hem naar het ziekenhuis te laten gaan voor nader onderzoek en behandeling is geweigerd, ondanks dat hij veel pijn kreeg. Medegedetineerden spraken de gevangenispersoneel aan op de situatie. Van O. kreeg recent wel toegang tot het ziekenhuis, maar toen was het volgens de bron te laat.

Slempo

Het Openbaar Ministerie stelt op basis van door de politie onderschepte EncroChat-berichten (en berichten van andere pgp-providers) dat Robin van O. samen met Roger “Piet Costa” P. op grote schaal in cocaïne handelde. Toen binnen de groep onenigheid ontstond over een gestolen geldbedrag begonnen de groep rond P. en Van O. en die van de andere partij elkaar naar het leven te staan. Eerst werd Ali D. ontvoerd omdat hij geld gestolen zou hebben. Later werd op 10 mei vorig jaar Ebrahim “Ibo” Azaim geliquideerd, een zeer goede bekende van Roger P..

Robin van O. heeft ontkend dat hij de pgp-naam “Slempo” gebruikte. Hij heeft de laatste weken gewerkt aan een stuk waarmee hij dit hoopt te kunnen bewijzen. Of hij nog zittingen in zijn zaak zal kunnen bijwonen is door zijn ziekte twijfelachtig geworden.