Verdachte martelcontainers: ‘Ik ben Slempo niet’

In de rechtszaak over de in 2020 in Wouwse Plantage aangetroffen martelcontainers draait het om de identificatie van EncroChat-gebruikers. Eén van de hoofdverdachten, die volgens het Openbaar Ministerie achter de Encro-naam “Slempo” zit – zegt binnenkort aan te zullen gaan tonen dat hij niet Slempo kan zijn geweest. Aan de andere kant zegt het OM dat er verschillende redenen zijn om te denken dat achter Slempo de verdachte Robin van O. schuilgaat. Maandag was er een voorbereidende zitting in de bunker van de rechtbank in Amsterdam-Osdorp.

Door @Wim van de Pol

Doordat de politie in Frankrijk een hack uitvoerde waardoor de politie enkele maanden lang live mee kon kijken met gebruikers van EncroChat kwam de politie de containers in het voorjaar van 2020 op het spoor. In de berichten kwamen de containers ter sprake en werden er foto’s van rondgestuurd. In een loods in Wouwse Plantage vond de politie onder meer snoeischaren, takkenscharen, een vrieskist, scalpels en vingerklemmen, gestolen politie-uniformen, stopborden en een tandartsstoel. Justitie gaat ervan uit dat een groep cocaïnesmokkelaars rond Roger “Piet Costa” P. en Robin van O. geld terug wilde zien van een andere groep, en daarvoor mensen wilde ontvoeren, martelen en ook liquideren. De containers dienden als een ‘EBI 2.0’ zoals één van de Encro-gebruikers het formuleerde.

Uit onderzoek van TNO blijkt nu volgens het OM dat de geluidsisolatie van de containers met ‘verstand van zaken’ is aangepakt. Mensen die erin zijn opgesloten kunnen gesprekken van buiten niet verstaan. Iemand die in de container hard schreeuwt was wel hoorbaar buiten een container, maar niet buiten de loods.

Twaalf verdachten

Van de twaalf verdachten zitten er nog vier in voorlopige hechtenis. Roger P. en een andere verdachte zitten wel vast, maar in een andere zaak, een grote cocaïnezaak waarin ook Robin van O. verdachte is. De advocaten van de vier vroegen schorsing of opheffing van de hechtenis. De rechtbank besluit daar dinsdag pas over.

Door de politie gekraakte pgp-berichten, de meeste van EncroChat zijn in de zaken van de meeste verdachten cruciaal. Zowel in de rechtszaak over de martelcontainers als in de rechtszaak over de cocaïnehandel speelt Encro-gebruiker “Slempo” een grote rol.

Robin van O. heeft op eerdere zittingen en tegenover de recherche verzekerd dat hij Slempo niet is.

Wachtwoorden

Op de vorige openbare zitting heeft Van O. gezegd in februari 2020 een EncroChat-toestel te hebben gekregen van mensen met wie hij contact had. Hij zei het toestel zo weinig gebruikt te hebben dat hij het heeft teruggegeven, inclusief een notitie waarop zijn wachtwoorden voor het toestel stonden. Hij zei niet te willen vertellen aan wie hij het toestel had gegeven. Met andere woorden: iemand anders dan Van O. zou Slempo zijn geweest. Van O. wilde echter niet alle vragen over de chats die met EncroChat zijn gevoerd beantwoorden, dat kwam later, zei hij.

Het OM gelooft niets van dat verhaal omdat uit verkeersgegevens van de Encro en van een Samsung die Van O. in bezit zou hebben gehad blijkt dat ze soms op dezelfde plaats zijn, en ook op plaatsen waar Van O. verbleef. Ook inhoudelijk zou blijken dat Van O. de gebruiker was. Onder meer omdat in chats gesprekken zijn gevoerd over een persoon die de huur van een woning voor Van O. niet op tijd betaalde, waarover Van O. zich heeft beklaagd in de chats. Van O. moest dat appartement in Den Haag op zeker moment zelfs bijna verlaten, totdat uiteindelijk 123.000 euro vooruit werd betaald.

‘Centimeters dik’

Volgens de advocaat van Van O., Louis de Leon, werkt zijn cliënt momenteel aan een ‘centimeters dik’ stuk waarin Van O. zegt te kunnen aantonen dat niet hij maar iemand anders Slempo moet zijn geweest. Dat duurt lang volgens De Leon, onder meer omdat Van O. in zeer streng regime vastzit en weinig bewegingsvrijheid heeft.

De officier van justitie vindt dat de verklaring van Van O. wel erg lang op zich laat wachten. Hij zei wat betreft de verklaring ’te vrezen dat er geconstrueerd’ gaat worden.

De rechtbank besloot eerder dat vanaf eind januari 2022 de zaak inhoudelijk zal worden behandeld. Er moeten voor die tijd nog zeven getuigen bij de rechter-commissaris worden gehoord, naast Robin van O. over de Encro-chats.

Zie eerdere berichten:

‘Criminelen probeerden rivalen te laten arresteren in Dubai’

‘Verdachten martelcontainers wilden ook moorden plegen’ (UPDATE)

Bredanaar ernstig bedreigd in conflict Piet Costa (UPDATE)