Lagere straf dan geëist: rechtbank heeft wat begrip voor de schutter

De rechtbank Den Bosch heeft een 20-jarige jongen uit de gemeente Boxmeer veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaar jaar voor het doodschieten van Tommie Reijnen (29), nadat Reijnen en een vriend een zakje wiet van hem meenamen en wegfietsten. De officier van justitie eiste twee weken geleden 14 jaar cel. De rechtbank heeft enig begrip voor de benarde situatie van de schutter.

Steegje

De verdachte sprak in september 2020 met een vriend af voor de verkoop van 100 gram wiet. Bij die afspraak ’s avonds in Boxmeer was ook een andere vriend aanwezig. De verdachte liep met de twee mannen een steegje in. De ene vriend liep vóór hem, de ander achter hem. In het steegje vroegen zij de verdachte de wiet te laten zien. Eén van de vrienden trok de wiet vervolgens uit zijn handen. De verdachte haalde daarop een geladen vuurwapen uit zijn broeksband en schoot drie kogels van dichtbij op de rug van de man die vóór hem stond. Daarna draaide hij zich om en schoot vijf keer in de richting van de andere man. De man die in zijn rug werd geraakt, overleed aan zijn verwondingen. De andere man kwam met de schrik vrij.

Disproportioneel geweld

Volgens de verdachte wilde hij zichzelf verdedigen. Eén van de slachtoffers zou tijdens het voorval een beweging hebben gemaakt in de richting van zijn broeksband. De verdachte verklaart dat hij ervan uitging dat deze man een vuurwapen wilde pakken. Daarbij zag hij door zijn positie en de ruimte waarin hij zich bevond geen kans zich aan de situatie te onttrekken. Naar eigen zeggen zag de verdachte maar één uitweg; hij trok zijn wapen en vuurde het magazijn leeg.

De rechtbank gelooft dat de verdachte zich inderdaad in een bedreigende situatie bevond en zich mocht verdedigen. Hij werd immers door twee mannen in een nauwe steeg ingesloten, bestolen van zijn wiet en hij meende te zien dat één van de mannen een wapen wilde pakken. De verdachte zag de mannen eerder met wapens. Uit onderzoek blijkt ook dat zij met justitie in aanraking zijn geweest vanwege wapens.

Toch had de verdachte niet direct richting de mannen mogen schieten. Hij is daarmee volgens de rechtbank veel te ver gegaan. De verdachte had bijvoorbeeld ook zijn wapen kunnen laten zien, kunnen dreigen met het wapen of in de lucht kunnen schieten.

Vriendendienst

De rechtbank zegt meer dan de officier van justitie rekening te willen houden met de omstandigheden waaronder het voorval plaatsvond. De verdachte was tijdens het delict 19 jaar. Hij beschouwde de mannen als vrienden aan wie hij een vriendendienst wilde leveren. Zij zagen de verdachte kennelijk als een makkelijk doelwit en maakten schaamteloos misbruik van hem.

Al met al vindt de rechtbank een celstraf van 8 jaar op zijn plaats. Daarnaast moet hij de nabestaanden schadevergoedingen betalen van in totaal ruim 37.500 euro.