Okkie schrok zich rot van foto Van Gogh

Octave (“Okkie”) Durham kreeg gisteren een foto onder ogen van het onlangs gestolen schilderij van Vincent van Gogh, dat verdween uit het Singer Museum in Laren. Op het schilderij ligt zijn biografie ‘Meesterdief‘ en een recent exemplaar van de New York Times waarin een interview met hem stond. ‘Het zweet stond in mijn handen, ik schrok me helemaal rot’, zegt Durham tegen Crimesite.

Door Vincent Verweij

De foto’s werden gestuurd naar kunstdetective Arthur Brand, die Durham gisteren thuis uitnodigde om ze te bekijken. Durham heeft een waterdicht alibi voor de nacht van de roof. Hij bevond zich in een instelling voor gezondheidszorg even buiten Amsterdam.  Met de roof in Laren had hij niets te maken en de diefstal kan hij eenvoudigweg niet gepleegd hebben. Maar omdat Durham in 2002 wel twee Van Goghs roofde uit het hoofdstedelijke museum, er een boek en documentaire over maakte, wordt hij door de dief kennelijk wel ermee in verband gebracht.

Twee theorieën

‘Ik heb er twee theorieën over’, zegt Durham tegen Crimesite. ‘Ofwel iemand probeert me erin te leggen, door te suggereren dat ik er iets mee te maken heb. Nou, dat is dan mislukt vanwege mijn alibi. Ofwel het is een copycat die even stoer wil doen en wil laten zien dat hij ook kan wat ik heb gedaan. En dan later kan zeggen: ik ben er mee weg gekomen, terwijl jij bent gepakt. Voor hetzelfde geld laten ze nog een haar van me achter op de plaats delict, of bellen ze met een mobiele telefoon bij mijn huis, die ze ook bij het museum in Laren gebruiken. Dan denkt de politie toch dat ik het was. Ik was even bang dat de dader me hier voor wilde laten opdraaien’.

Politie te laat

In de nacht van 30 maart werd uit het Singer museum in Laren het schilderij uit 1884 getiteld ‘Lentetuin te Nuenen’ gestolen, dat in bruikleen was gegeven door het Groninger Museum.  De inbraak in Laren ging relatief eenvoudig in zijn werk. De dieven kwamen binnen door de voordeur te forceren en hadden ruim de tijd. De politie kwam pas na 15 minuten ter plaatse. Bij de inbraak in het Van Gogh museum in 2002 was de politie er al in 3 minuten en toen waren de dieven, onder wie Okkie Durham al weg met de buit. Desondanks beweert directeur De Lorm van het Singer museum dat de beveiliging op orde was en voldeed aan de protocollen. Op 30 maart, sprak Okkie met Crimesite vanuit het ziekenhuis waar hij lag.

Doelgericht

Okkie Durham denkt dat de dieven doelgericht te werk zijn gegaan en specifiek de waardevolle Van Gogh op het oog hadden. ‘Anders hadden ze wel meer meegenomen’. Mogelijk willen de dieven het doek gebruiken om met justitie te onderhandelen over een strafzaak, denkt Durham. Dat gebeurde ook met de twee werken die hij stal en doorverkocht aan de Italiaanse maffiabaas Rafael Imperiale. Die maakte een deal met de Italiaanse justitie in een grote drugszaak waarin hij was verwikkeld. En in de jaren negentig deed crimineel Kees Houtman hetzelfde. Het Openbaar Ministerie trok een hoger beroep tegen Houtman in, nadat hij twee gestolen schilderijen uit het Brabants Museum terug bezorgde.

Theatertour

Okkie Durham start dit najaar met een theatertour, samen met de particuliere kunstdetective Arthur Brand. Ze praten dan over kunstdiefstallen vanuit het perspectief van daders, slachtoffers en opsporing.

Zie ook: Van Gogh dief bekent alsnog