Meteen naar de content
25 november 2024

Oud-Hells Angel: ‘Van Boxtel heeft de problemen binnengehaald’

De oud-Hells Angel-president “Big Willem” van Boxtel heeft zelf de problemen binnengehaald die uiteindelijk hebben geleid tot zijn afzetting. Hij heeft bijvoorbeeld zelf Willem Holleeder op de club uitgenodigd. Dat zegt oud-Hells Angel Rini S. (foto) in een uniek interview met Crimesite, in reactie op de autobiografie die Van Boxtel recent publiceerde. ‘Wat Big Will loopt te toeteren, daar klopt helemaal niks van.’

Plus

Door @Wim van de Pol

Rini S. is Hells Angel in ruste, zijn tatoeages blijven. In een hoekje van de schemerige lobby van het wegrestaurant tilt hij op zeker moment zijn trui op om een op zijn borst getatoeëerde datum te checken. Er staat 28 maart 2011, de dag dat hij “good standing” afzwaaide bij de club. Een andere tattoo die hij laat zien zijn de letters van het woord “Setje”.

Rini S. was een van de negen leden van een groepje Amsterdamse en Limburgse Hells Angels, vrienden die zichzelf “Het Setje” noemden. Net als zijn band met de Angels is die vriendschap “forever”.

‘Ik heb nooit gepraat. Niet tegen de politie, niet tegen de media. Dit is de eerste en de laatste keer dat ik een interview geef’, zegt Rini S..

_________

Rini S. (58) heeft zich na zijn vertrek bij de Hells Angels volledig op zijn bedrijven gestort, onder meer in de productie van aluminium bakjes voor fast food restaurants. Hij wil graag zijn achternaam initialiseren, ‘anders krijg ik weer gedoe met banken’. S. was van 1999 tot 2011 full member van de Hells Angels in Amsterdam. Hij is veroordeeld voor kleinere misdrijven maar niet in de twee grote zaken waarmee hij in de publiciteit kwam.

Vanaf 2005 was hij verdachte van onder meer ontvoering en mishandeling, onder meer met een boormachine, van hasjhandelaar Paul Epskamp. Epskamp overleed aan de gevolgen daarvan. S. en medeverdachten werden in 2010 door het gerechtshof in Amsterdam vrijgesproken. Ook stond S. samen met andere Hells Angels, onder wie Willem van Boxtel, terecht voor lidmaatschap van een criminele organisatie in de zogeheten Acroniem-zaak. Het Openbaar Ministerie werd in die zaak in 2007 niet-ontvankelijk verklaard. 

_________

Inkijkje

Eerder deze maand verscheen in boekvorm het levensverhaal van “Big Willem” van Boxtel, een van de oprichters van de Hells Angels in Nederland, die uitgroeide tot een van de Europese kopstukken van de motorclub. Het boek is bijzonder omdat het een inkijkje geeft in de geschiedenis van de Hells Angels terwijl de code van de club het juist expliciet verbiedt om buitenstaanders te vertellen wat er binnen gebeurt. Het is verder verboden te vertellen over andere leden, en al helemaal om namen te noemen.

Jij houdt je nu ook niet aan de code.

‘Kijk, Big Will kent de Hells Angels-bijbel uit zijn hoofd. En toch gaat hij dat boek schrijven. En hij noemt ook nog eens allerlei namen erbij. Ik noem hier nu geen enkele naam. Alleen zijn naam, en die van een vriend die is vermoord. Of ik nu wel of niet praat over de Hells Angels, wat ik zeg is de waarheid. Ik houd niet van geschiedsvervalsing. Ik wil een paar dingen rechtzetten.’

Namen

Willem van Boxtel noemt inderdaad een heleboel namen in zijn boek, van Hells Angels en van niet Hells Angels. Opmerkelijk genoeg ontbreken er een aantal, bijvoorbeeld die van voormalig vice-president Harry Stoeltie en ook die van Rini S., en eigenlijk van alle leden van “Het Setje”.

Wat was het Setje?

‘Dat was een apart clubje members, van negen man. Zeg maar een stel feestbeesten, we bleven altijd het langst aan de bar hangen. Er waren er vijf bij de Hells Angels in Amsterdam, vier bij de Nomads. Eentje is overleden in augustus 2003. En Cor Pijnenburg is in 2004 vermoord in Limburg, bij de Nomads.’

In zijn boek spreekt Van Boxtel nadrukkelijk over Het Setje, maar zonder die naam te noemen. Hij benadrukt wel dat er “club binnen de club” was. Dat clubje ging volgens hem een eigen koers varen en hij verloor toen gaandeweg als president zijn grip op de club.

Heeft het Setje de club op een andere koers gezet?

‘Nee, het is Van Boxtel die zelf de problemen binnen heeft gehaald. Hij was bijvoorbeeld de man die Willem Holleeder op de club uitnodigde. En via Holleeder kwam Sam Klepper weer binnen. Ongeveer vanaf die tijd is het misgegaan bij de club.’

“Big Willem” van Boxtel

‘Goed mens’

Van Boxtel vond Klepper ‘een goed mens’ en hij had geen zin om aan Holleeder te vragen ‘of die deze week nog iets crimineels had gedaan’. Als het maar over motoren, feesten en vrouwen kon gaan vond hij het goed. Sam Klepper werd in 2000 doodgeschoten (een moord die nooit werd opgelost) en bij zijn uitvaart reden honderden Hells Angels door Amsterdam. De route die de politie had opgelegd werd genegeerd.

Het leek alsof de club een eensgezinde show opvoerde, maar achter de schermen kwamen er in Amsterdam barstjes in de alleenheerschappij van de grote baas Big Willem.

In het boek schildert Van Boxtel hoe hij de club op poten heeft gezet en internationaal erkenning heeft verworven. Bestrijd je dat?

‘Nee, dat niet. Big Will heeft zeker goeie dingen voor de club gedaan, daar hoor je mij niks over zeggen. Maar de laatste vijf, zes jaar voor z’n afzetting in 2004 was het al niet veel meer.’

Hij had een soort Saddam-idee in zijn hoofd, van de rest van mijn leven blijf ik hier de baas.’

Je bedoelt met z’n bestuur?

‘Met z’n bestuur en met z’n activiteiten. Big Will benoemt zelf in zijn boek hoe hij geld uitleende en bijvoorbeeld tickets voor mensen betaalde. Zo werkte zijn bestuur. Als er dan een stemming was en je had geld van hem geleend en je stemde niet met hem mee, dan kon je de volgende dag zijn geld terug betalen. Zo vanaf 1995 kwamen andere mensen bij de club, die hadden het geld van Big Will niet nodig. Mensen die financieel onafhankelijk van Big Will waren. De mensen van Het Setje verdienden hun eigen geld. Er waren ondernemers bij, ik verdiende geld met mijn glazenwassersbedrijf. Hij was gewend om mensen financieel bij te staan en het Setje was financieel onafhankelijk. Bovendien waren het best wel persoonlijkheden, en die kon hij niet bespelen. Die had hij niet aan zijn vingers hangen. Dat is zijn ondergang geworden.’

Was het democratisch wat er gebeurde binnen de club?

‘Het werd democratisch, maar dat vond hij helemaal niks. Hij had een soort Saddam-idee in zijn hoofd, van de rest van mijn leven blijf ik hier de baas. Maar ik denk: mensen die te lang blijven zitten, dat eindigt altijd op stront.’

In 2002 werd een Hells Angel die bij het Setje hoorde ernstig ziek. Hij is uiteindelijk in Utrecht en Zeist verpleegd en overleden. Waarom wil je dat hier vertellen?

‘Omdat het belangrijk is om de loop van de gebeurtenissen te begrijpen wat betreft Van Boxtel die schrijft in het boek over het Setje en dat wij de koers wilden veranderen. Wij waren tien maanden lang bezig met het ziekbed van deze jongen, elke dag gingen er twee van ons naar hem toe. We waren die tijd niet echt bezig met de club of met Van Boxtel. Hij is uiteindelijk op 26 augustus 2003, een paar maanden voor het grote jubileumfeest overleden. Dus in 2003 werd de tijd en energie voor ons opgeslokt, we hadden naast ons werk weinig tijd voor andere dingen.’

25-jarig jubileum

Op 28 oktober 2003 geven de Hells Angels in Amsterdam een groot feest ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan. Het clubhuis en het terrein aan de Wenckebachweg wordt omgebouwd tot een feestterrein voor de honderden gasten, ook veel Angels uit het buitenland. Er komt een grote delegatie over uit de Verenigde Staten.

Dat zorgt in Amsterdam vooraf voor wat bezorgdheid omdat de Amerikanen bekend staan om hun ronduit racistische kijk op het verenigingsleven.

Wisten jullie dat de Amerikaanse Hells Angels zouden gaan beginnen over mensen met een andere huidskleur of achtergrond?

‘Dat was ons van tevoren al doorgegeven. De Amerikanen waren het er niet mee eens dat wij gekleurde mensen bij de club hadden. Een aantal members heeft bijvoorbeeld Surinaamse familie, ik zelf ook. Van tevoren was ons al verteld dat zij ons de les zouden gaan lezen. Nou ja, dat doen ze maar in Amerika maar wij hebben hier een heel andere cultuur. Van de veertig Amerikanen die overkwamen werden er meteen een stuk of tweeëntwintig weggestuurd op Schiphol, omdat ze een strafblad hadden of ongewenst waren. Maar een aantal kopstukken kwamen er wel door. Er was een Amerikaan bij die belangrijke papieren bij zich had en die waren in beslag genomen bij de Douane. Ik ben bezig geweest om die papieren terug te halen. Toen ik op de hotelkamer bij die Amerikaan op bezoek kwam zag ik daar een donker gekleurde dame in zijn bed liggen. Toen nam ik die Amerikanen al meteen helemaal niet meer serieus.’

Er liepen op het feest ook mensen van de Caribbean Brothers uit Curaçao. Waren dat Hells Angels?

‘Nee, de Caribbean Brothers had geen status, maar het was wel een bevriende club. Een van die jongens die hard aan het werken was aan de opbouw van het feest was donker getint, de donkerste jongen van Caribbean Brothers. We hadden aan members gevraagd een beetje op hem te letten maar ik zie die jongen toch een beetje ongemakkelijk worden door die Amerikanen. Dus ik heb hem apart genomen en hem naar zijn hotel gestuurd. Weg bij die Amerikanen, dat schiet allemaal niet op, dacht ik. Toen is een vooraanstaande Hells Angel uit Amsterdam, maar niet Big Willem, met die Amerikanen een rondje gaan rijden en die heeft ze de waarheid gezegd. Zo van: luister wat jullie in Amerika doen moeten jullie zelf weten, wij maken hier in Amsterdam uit wat hier in Amsterdam gebeurt. Wij hebben hier een ander beleid. Waar het mij hier nu om gaat: die Hells Angel was dus niet Big Will. Wat hij in zijn boek loopt te toeteren over dat hij die Amerikanen heeft aangesproken klopt niet.’

Was Angelo Diaz, van de Caribbean Brothers, die later kroongetuige tegen de Hells Angels is geworden, ook bij dat feest?

‘Diaz had de voorkeursbehandeling van Van Boxtel. Dat waren vriendjes. Als ik me niet vergis, als hij in Curaçao was reed Big Will in zijn auto en op zijn motor en omgekeerd als Diaz in Nederland was. Die donker gekleurde jongen waar ik het over had die werkte zich uit de naad om te helpen het feest op te bouwen en Diaz zat rustig in zijn hotel. Hij had permissie van Big Will om niet mee te helpen met de opbouw.’

Wat later in de kranten en in het boek van John van den Heuvel is gepubliceerd over dat Diaz een Hells Angel was klopt dus niet?

‘‘Hells Angel slaat door’ schreef De Telegraaf over hem toen die kroongetuige werd. Hij was helemaal geen Hells Angel. Hij is ook nooit prospect of hangaround geweest. Helemaal niks, nada.’

Moorden in de vergaderruimte

Volgens een onderzoek van de recherche is er in april of mei 2003 293 kilo cocaïne ingevoerd in Nederland. De latere kroongetuige Angelo Diaz heeft aan recherche hierover verteld. De drugs werden geleverd door een hem vanuit Curaçao bekende Colombiaan. Een man uit Maastricht vervoerde het (in een aggregaat) en een zekere Paul de Vries had het in Curaçao bij hem besteld, zo vertelde Diaz.

Paul de Vries is dan de president van de Nomads, een chapter van de Hells Angels, met een clubhuis in het Limburgse Oirsbeek. Maar De Vries heeft die cocaïne kennelijk nooit afgerekend, zo concludeerde de politie achteraf.

In juli 2003 wordt in het water van het Julianakanaal tussen Echt-Susteren en Born het in stukken gesneden lichaam van een 28-jarige Eindhovenaar gevonden. De recherche denkt dat hij betrokken was geweest bij de levering van de cocaïne.

‘Cor had nergens wat mee te maken, helemaal niks met dat verhaal te maken. Hij was een normale, rustige jongen. Zijn pech was, dat hij de schoonzoon van Paul de Vries was.’

De volgende huiveringwekkende ontdekking in de zaak volgt op 13 februari 2004. Voorbijgangers zien lichamen in het water van de Geleenbeek bij Echt. Het zijn de doodgeschoten Paul de Vries (54), Serge “Moon” Wagener (34) en Cor Pijnenburg (33). De lichamen zijn doorzeefd met kogels. De drie waren allen leden van de Nomads. Die club viel onder de Hells Angels Nederland, en onder de leiding van president Willem van Boxtel.

Jij wilt niet praten over die conclusies van de politie over dat cocaïnetransport. Waarom niet? 

‘Dat heeft niks met de club te maken. Ik praat hier over clubdingen. Ik weet daar ook helemaal niks van.’

Maar Cor Pijnenburg was wel een goede vriend van jou.

‘Ja, een hele goede vriend. Hij was een van het Setje. Ik kende hem sinds 1999. Cor had nergens wat mee te maken, helemaal niks met dat verhaal te maken. Hij was een normale, rustige jongen. Zijn pech was, dat hij de schoonzoon van Paul de Vries was. Ze zijn vermoord op 11 februari en ik weet niet door wie, of waarom. Niemand wist het precies. Dat zal altijd onbekend blijven ook, dat voorop gesteld.’

Hoe hoorde jij ervan?

‘Ik word gebeld, op 12 februari, door de vrouw van Cor, inmiddels weduwe, maar dat wisten we toen nog niet. Ze vraagt: Rini zijn die jongens bij jou? Dat was raar, die jongens kan je niet zomaar tegenhouden, zeker Paul de Vries niet. Ik was thuis, op een donderdagavond, om half zes. Ik haal een Hells Angel van Amsterdam op. Dat was een hooggeplaatste, dezelfde die met die Amerikanen een rondje reed. We zijn direct naar Limburg gereden. In Limburg komen we op het clubhuis. Ik vraag: zijn jullie niet aan het zoeken? Ja, we zijn bezig, zeggen ze. Op het moment dat wij daar waren lagen Cor en Paul en Moon waarschijnlijk nog een deur verder in de vergaderruimte. We zijn daar toen ook niet geweest. We reden door naar de vrouw van Cor, ze is ook de dochter van Paul de Vries. Daar zat ook de weduwe van Paul. Wat belangrijk is: op het moment dat wij met zijn tweeën richting Limburg reden gingen er drie Nomads uit Limburg naar Amsterdam, naar Big Will toe. Wat ze daar gingen doen? Ik weet het niet.’

Hadden de vrouwen een idee wat er gebeurd kon zijn?

Nee, wat ze wisten, kwam uit de krant. Zij wisten niet wat er achter kon zitten en ik ook niet. Ik ben toen vaak bij Cor’s vrouw geweest om op te passen, we hadden geen idee uit welke hoek het kwam. Ik bleef daar ook komen in de maanden erna. Ik heb dat jaar 100.000 kilometer gereden, continu heen en weer naar Limburg. Op vrijdag 13 februari zijn ze gevonden. Ik ben toen daar gebleven om de boel in goede banen te leiden. Iedereen was zwaar naar de kloten, en ik ook.

In het boek schrijft Van Boxtel dat hij niets weet van wat er speelde in Limburg. Hij schrijft wel dat er na de moorden Nomads bij hem in Amsterdam zijn geweest. Maar hij zegt niet wat ze daar kwamen bespreken. Wat zit je hierover dwars in het boek van Big Willem?

‘Ik vind het schaamteloos en respectloos. Hoe hij überhaupt over dit onderwerp in zijn boek durft te schrijven. Het klopt niet wat hij erover schrijft. Big Will weet van mij, dat ik weet, wat zijn rol erin is geweest. En daar ga ik verder ook niet over uitweiden. Daar wil ik dit bij laten. En het allerbelangrijkste: Cor Pijnenburg had helemaal niks, niks, niks, met geen enkel verhaal te maken. Hij was een member van het Setje. En dat Setje was niks meer dan een partycrew. Big Will zei dat het Setje een andere koers wilde varen. Nee, de koers die hij ingezet had die wilden wij dus niet. Het verhaal wordt door hem omgedraaid. Hij wist ook dat Cor Pijnenburg mijn vriend was. In het begin was ik vrij naar de kloten ervan.’

Waarom is Cor doodgeschoten?

‘Om helemaal niks. Omdat hij waarschijnlijk op een verkeerde plek was. Verkeerde plek, verkeerde tijd. En waarschijnlijk ook: hij was schoonzoon van Paul de Vries.’

‘Poep van de stoep’

Niet lang na de vondst van de lichamen doet de politie een inval in het clubhuis Oirsbeek. De recherche en justitie komen tot de conclusie dat de moorden door veertien clubleden van de Nomads gezamenlijk zijn uitgevoerd. Vervolgens zijn de lijken in een gehuurde bestelwagen naar Echt vervoerd en gedumpt. De vergaderruimte is volledig ontmanteld en het meubilair verbrand. Toch worden in het clubhuis bloedsporen aangetroffen.

Dat voorjaar arresteert de politie veertien Nomads-leden op verdenking van moord en/of doodslag, na een gezamenlijk genomen besluit. Volgens kroongetuige Diaz zei een van de Nomads tegen hem dat ‘de poep van de stoep geveegd was’, voor de Colombianen, omdat de cocaïne niet was betaald.

De rechtbank veroordeelde in 2005 twaalf Nomads voor doodslag op (alleen) Paul de Vries, een gevangenisstraf van zes jaar. Het gerechtshof sprak later in hoger beroep die twaalf helemaal vrij, omdat het dossier geen bewijs bevatte tegen individuele verdachten.

————

Willem van Boxtel laat weten niet op de uitspraken van Rini S. te willen reageren.

————

Wordt vervolgd in deel 2.

Elke dag nieuws en context over crime

Doneer aan Crimesite

Werkt de knop niet? Klik dan op Tikkie om je donatie te doen.