Taghi ontkent ‘innig contact’ met Mohammed B.

Ridouan Taghi, die in het Marengo-proces terechtstaat voor meerdere liquidaties, ontkent bij monde van zijn advocaat Inez Weski middels correspondentie ‘innig contact’ te hebben gehad met de moordenaar van Theo van Gogh, Mohammed B.. De Telegraaf publiceerde zaterdag dat hij en B. elkaar zouden hebben ontmoet en elkaar brieven in het Arabisch schrijven. Taghi stelt dat over hem desinformatie vanuit de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) in Vught wordt verspreid en zegt daarom alleen nog met briefjes met personeel te communiceren. Na de publicatie van het De Telegraaf-artikel heeft de directie van de EBI Taghi verboden de komende drie maanden met familie te telefoneren.

Samen

Volgens het Telegraaf-artikel waren Taghi en Mohammed B. samen bij activiteiten, zoals sport en luchten. Ook zouden de twee met elkaar corresponderen in het Arabisch en in die brieven koranverzen aan elkaar sturen. De brieven zouden ‘moeilijk te duiden zijn’, en binnen Justitie zou het idee leven dat er gecodeerde boodschappen in zijn verpakt.

Moslimextremist Mohammed B. is levenslang gestraft.

‘Ver verwijderd’

Weski spreekt in reactie van ’totale onzin’: ‘Ze zagen elkaar in werkelijkheid niet. Ze hebben kort op samen op een gang, ver verwijderd van elkaar, in de EBI gezeten. Cliënt heeft tot op heden in totale afzondering in de EBI doorgebracht, dus zonder contacten met andere gedetineerden. Al zijn activiteit was steeds in het zicht van bewaarders en alles werd technisch gemonitord. Mohammed B. is niet overgeplaatst vanwege het contact met Taghi. Hij heeft zelf om overplaatsing gevraagd en dit is uiteindelijk toegestaan. Dat B. en Taghi dezelfde advocaat hebben voor detentiezaken is niet vreemd, omdat er niet veel gespecialiseerde detentie-advocaten zijn.’

Vier brieven

Ridouan Taghi kan geen enkel geen ongecontroleerd contact hebben, benadrukt Weski. Alle post van Taghi verloopt na controle van verschillende justitiële diensten, zo liet minister Franc Weerwind deze zomer aan de Tweede Kamer weten. Bij twijfels krijgt Taghi de post niet of wordt zijn post niet verstuurd. De correspondentie met B. is wel verzonden of uitgereikt. In ruim een jaar tijd verstuurde Taghi vier brieven aan Mohammed B.. Dat bevestigt Thomas van der Horst, een van de twee advocaten die voor Taghi, detentiezaken doen.

Anders dan De Telegraaf schrijft, waren die brieven volgens Weski niet in het Arabisch maar in het Nederlands. Weski: ‘Cliënt wenst, gelet op de belasterende suggesties, die de Telegraaf verbindt aan de correspondentie, dat het Openbaar Ministerie de brieven openbaart, zodat een ieder de onwaarde van die suggesties kan vaststellen.’

Europese rechtspraak niet voor Taghi

De Telegraaf schrijft dat Taghi contact kon hebben met B. omdat EBI-gedetineerden niet meer in strikte afzondering vast kunnen zitten en enkele uren per dag contact met elkaar moeten kunnen recreëren. Dat is omdat Europese rechtspraak dit aan Nederland heeft verplicht. Weski: ‘Gek genoeg geldt deze rechtspraak dan kennelijk niet voor client. Die zit tot op heden gedetineerd in de EBI in totale afzondering, zonder contacten met andere gedetineerden. Sinds de overplaatsing van Mohammed B. heeft hij zelfs de gehele afdeling voor zichzelf.’

Oproepen tot strengere maatregelen tegen Taghi is volgens Weski zinloos ‘gezien het feit dat er voor client al de strengst mogelijke maatregelen gelden.’

10 minuten bellen

Taghi mag éénmaal per week tien minuten in het Marokkaans bellen. Familie dient zich in Nederland te melden op een door de EBI aangewezen plek (zoals een politiebureau) om vanuit daar dan met client te kunnen bellen. Een probleem voor Taghi is dat zijn naaste familie in het buitenland woont. Na publicatie van het artikel in De Telegraaf heeft de directeur Taghi verboden gedurende de komende drie maanden te bellen te hebben met zijn familie. Hij mag nog wel bezoek ontvangen.

Volgens Weski ziet haar cliënt ‘zich genoodzaakt’ een aangifte tegen de directie van de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) te Vught voor te bereiden ‘in verband met de aantoonbare interne en externe verspreiding van desinformatie en valsheid in geschrifte door EBI-personeel’. Sinds een maand communiceert Taghi daarom niet meer  mondelinge met de medewerkers van de EBI, maar alleen nog door middel van geschreven briefjes.

Prinses Amalia

De Telegraaf schrijft ook dat er in gevonden communicatie ‘signalen’ zijn opgemerkt door politie en justitie dat prinses Amalia en minister-president Mark Rutte met de dood zouden worden bedreigd, ook door Ridouan Taghi. Weski: ‘Client betwist de inhoud van de berichtgeving nadrukkelijk. Het gaat hier om valse, ongefundeerde informatie die kennelijk enkel ten doel heeft om client te beschadigen en waarbij bovendien de gevoelens van prinses Amalia compleet worden genegeerd. Client is geschokt door de berichtgeving, en wenst het volgende nog te benadrukken. Allereerst zegt cliënt, dat de suggestieve beschuldigingen in dat artikel, dat hij hen iets aan wil doen volstrekt absurd zijn en dus niet waar. Cliënt stelt uitdrukkelijk, dat hij nimmer een kind in gevaar zou brengen.’

Weski stelt dat dit soort beschadigende berichtgeving over Taghi altijd juist verschijnt rond de tijd dat zittingen plaats vinden.