Taghi wil zijn zaak afsplitsen van andere Marengo-verdachten

Ridouan Taghi, de hoofdverdachte in het liquidatieproces Marengo, wil dat zijn strafzaak wordt afgesplitst van de overige zestien verdachten (onder wie kroongetuige Nabil B.). Zijn advocaat Inez Weski heeft dat verzoek woensdag aan de rechtbank gedaan. Weski stelde dat de aandacht voor haar cliënt in het proces ‘disproportioneel’ is. Als de zaken worden gesplitst zou de behandeling van de aanklachten tegen de overige verdachten volgens haar meer focus kunnen krijgen.

Vervolgen

Weski heeft naast Taghi nog twee andere cliënten in het Marengo-proces, te weten de broers Mario en Mao R..

Weski haalde aan dat Taghi ‘publiekelijk’ ook wordt beschuldigd van de moorden op de broer van de kroongetuige, diens advocaat Derk Wiersum en B.’s vertrouwenspersoon Peter R. de Vries. Als de zaak van Taghi wordt afgesplitst zou Weski ook graag zien dat het Openbaar Ministerie Taghi voor die zaken gaat vervolgen. Volgens haar ontkent haar cliënt betrokkenheid bij die feiten en bij een vervolging zou de rechter erover kunnen oordelen. Het Openbaar Ministerie wilde niet direct reageren. Op 13 oktober is er een ingelaste zitting over de verschillende onderzoekswensen in het proces.

Geldzucht

De kroongetuige Nabil B. beschuldigt Taghi van leidinggeven aan een criminele organisatie die liquidaties liet plegen, hoewel hij zegt Taghi slechts enkele keren in het voorbijgaan te hebben ontmoet.

Weski hield deze week een powerpoint-presentatie over alle beweringen die de kroongetuige in zijn verklaringen en in chats met zijn vriendin heef gedaan. Ze zei daarmee te willen aantonen dat B. een opportunistische en geldzuchtige man is, die mede daarom heeft besloten kroongetuige te gaan worden.

Zie ook:

Zwijgzame kroongetuige wilde niets over afstandbediening van televisie kwijt