Verdachte 2 Amsterdamse moorden blijft vast zitten

Sjonnie W., verdacht van betrokkenheid bij de dood van twee vrouwen, blijft langer vastzitten. Dat besliste de rechtbank van Amsterdam vandaag. Het Openbaar Ministerie denkt dat W. in 2004 Mirela Mos om het leven heeft gebracht. Ook zou hij verantwoordelijk zijn voor de verdwijning en vermoedelijke dood van Sabrina Oosterbeek maart van dit jaar. 

Huisschilder Sjonnie W., heel licht kalend, krullen, was vandaag aanwezig bij een eerste pro-formazitting. Hij zat er op zijn gemak bij. In het donker gekleed, achterover leunend, zijn benen over elkaar geslagen. Het was vol in de rechtszaal, met onder andere rechercheurs, nabestaanden en familie van Sabrina Oosterbeek en pers.

Schakelbewijs

Volgens het OM zijn er grote gelijkenissen in de Amsterdamse zaken van de dertigjarige Mos en de eveneens dertigjarige Oosterbeek (foto).  Het vindt dat er sprake is van schakelbewijs. Sjonnie W. had regelmatig seksueel contact met beide vrouwen, die alle twee werkzaam waren als prostituee. En zowel Mos als Oosterbeek verdwenen nadat ze bij W. op bezoek waren geweest, aldus de officier van justitie. W. heeft toegegeven dat hij in de nacht van de verdwijning van Sabrina seks met haar heeft gehad en dat ze drugs hebben gebruikt.

Bewijs

Het OM ziet in de zaak Mos verschillend bewijs. Zo is er een getuige die beweert dat hij ten tijde van de verdwijning van Mirella op het balkon van de verdachte stinkende vuilniszakken heeft gezien. Het stoffelijk overschot van Mirela Mos werd op 15 november 2004 in stukken gesneden en verpakt in vuilniszakken gevonden in Diemen. Het dna van W. is aangetroffen op de knoop van een van de vuilniszakken waarin de resten van Mirela werden gevonden.  Volgens de officier van justitie zijn er nog meer aanwijzingen die duiden op de betrokkenheid van W. in de zaak Mos. Zo was er een groot stuk tapijt uit zijn woning gesneden, was zijn badkamer rood geschilderd vlak na de dood van Mos en zouden getuigen hem hebben zien slepen met verschillende vuilniszakken.

Vraagtekens

De advocaat van W., Maarten Pijnenburg, zette vraagtekens bij de voorlopige bewijsvoering van het Openbaar Ministerie. Hij wees er op dat het onderzoek naar het dna-mengprofiel in de zaak van Mirella Mos erg verouderd is en zou er geen statistische match zijn. Ook zijn er bijvoorbeeld in de woning van de verdachte geen aanwijzingen gevonden die wijzen op zijn betrokkenheid bij de verdwijning en/of de dood van Sabrina. Pijnenburg schetste een positief beeld van zijn cliënt op basis van verklaringen van verschillende getuigen en deskundigen: ‘W. heeft geen problemen met ‘agressieregulatie’, geen seksuele stoornis, en is een vriendelijke, hardwerkende man. Hij heeft eerder een relatie van ruim tien jaar gehad met een vrouw waarbij nooit problemen zijn voorgevallen’ aldus de advocaat. Tenslotte verwonderde Pijnenburg zich over het feit dat de politie in beide zaken nauwelijks alternatieve scenario’s heeft onderzocht.

Zie eerder bericht: Amsterdammer verdacht van twee moorden