Voetbalsponsor ontkent cocaïne-import

‘Belachelijk. Ja, echt’. Dat vindt scheepswerfeigenaar en voetbalsponsor Heino B. van de beschuldigingen van het Amsterdamse Openbaar Ministerie dat hij medeplichtig zou zijn aan de smokkel van duizenden kilo’s cocaïne met sleepboot de Otton vanuit Zuid-Amerika.

Door @Joost van der Wegen

B. staat met drie andere verdachten, en samen als criminele organisatie, terecht voor het transport van onder meer 4.050 kilo coke, die in augustus 2003 in Vlissingen in de zeesleper de Otton werd aangetroffen. Dat gebeurde na tips van de Amerikaanse DEA. Het was op dat moment de grootste coke-vangst ooit in Nederland gedaan. De Otton werd in Vlissingen aan de ketting gelegd omdat het schip in slechte staat verkeerde, daar werden de drugs ontdekt. Het schip was op weg naar een scheepswerf in Antwerpen.

Verbeten

Heino B. wordt verdacht ervoor te hebben gezorgd dat de drugs veilig aan wal konden komen. Maar hij ontkende voor de rechter verbeten, en soms emotioneel, dat hij er ook maar iets mee te maken heeft gehad. ‘De Oranjewerf was niet van mij, dat is totale onzin’, corrigeerde hij de voorzitter van de rechtbank meteen aan het begin van de zitting. ‘Ik werkte daar als onderaannemer.’ Ook in Antwerpen zou hij niet eigenaar zijn geweest van de werf waar de Otton oorspronkelijk naartoe opstoomde. Hoewel de politie beweert dat hij daar wel degelijk al betrokkenheid had. B. bleef verontwaardigd: ‘Het is echt verschrikkelijk wat mij de laatste zes jaar is aangedaan door pers en politie.’ Kennelijk was ook de media wat te verwijten.

Rood aangelopen

Als getuige werd ook de broer van B. opgeroepen. Hem werd gevraagd of hij in de jaren van de smokkel had meegewerkt aan het repareren van een motorboot, die in het bezit was van Tonnie van Eunen, een bekende Amsterdamse criminele witwasser, die in 2005 zelfmoord pleegde. De broer van B. bevestigde dat hij aan het schip had gewerkt, in de werf die toen nog in eigendom was van de – inmiddels overleden – vader van de broers B. Hij gaf geen inhoudelijke reactie op de vraag van de tweede rechter, waarom hij tijdens een politieverhoor rood was aangelopen, toen het over de vermeende organisatoren in deze zaak ging.

Lening

De eerder voor witwassen veroordeelde medeverdachte M. P. is een oude jeugdvriend van B. Heino B. had hem in 1999 een geldbedrag geleend omdat hij te kort kwam voor de aankoop van enkele panden, zo onthulden de twee. P. had dat in de boeken opgenomen bedrag later keurig terugbetaald.

‘Mooie kerst’

In datzelfde jaar zou P. volgens een getuige hebben verklaard dat P. vertelde een ‘mooie Kerst’ tegemoet te gaan, als ‘dat zeeschip binnen zou lopen.’ Tijdens de zitting bleek trouwens dat de verdachten allemaal steevast op vakantie gingen rond de Kersttijd. De rechter toonde zich geïnteresseerd in de namen van de dorpjes waar de heren jaarlijks in de sneeuw op skivakantie gingen.

Sponsor

Heino B. kwam de laatste jaren in de media in opspraak, toen bleek dat hij als de hoofdsponsor van de Amsterdamse voetbalclub A.S.V. De Dijk over veel fondsen bleek te beschikken, waarmee de club de beste spelers uit de streek kon aantrekken. B. ontkende dat dit geld afkomstig was uit de drugshandel waarvan hij inmiddels was verdacht, en lichtte hierop toe dat de geldstromen naar de club officieel verlopen, via zijn bedrijven. In de jeugd van de voetbalclub wordt inmiddels geklaagd dat voor doorstroom van de jeugd naar het eerste elftal inmiddels nauwelijks meer plaats is, vanwege alle aangetrokken spelers van buitenaf.

Ogen

De rechtbank zal over twee weken beslissen of alle informatie door justitie voldoende is onderbouwd door bewijzen in de vorm van de verklaringen van de getuigen in deze zaak. De advocaat van B. heeft eerder verklaard dat B.’s bedrijven uitgebreid door de Belastingdienst zijn doorgelicht, en dat daar niets van onoirbare praktijken door zijn bedrijven uit is gebleken.

Zie eerdere berichten over de zaak:

De Spaanse transacties van Wout van K.

4050 kilo: Drie keer is scheepsrecht

Wout van K. getuige tegen M. P.