Waarom rommelde Justitie met het strafblad?

Er zijn aanwijzingen dat Justitie-ambtenaren een onwettig schaduw-systeem hanteren met juridische documentatie naast de officiële juridische documentatie. Er is in een strafzaak naar voren gekomen dat er van een ex-verdachte meerdere versies van zijn juridische documentatie zijn. De Socialistische Partij stelt hierover vragen aan de minister van Justitie.

Door @Wim van de Pol

In de Wet Justitiële en Strafvorderlijke gegevens staat dat het ministerie van Justitie historische juridische gegevens vast moet leggen. In de volksmond wordt dat nog steeds “het strafblad” genoemd, formeel heet het sinds 2004 “juridische documentatie”. Het Juridisch Documentatieregister (onderdeel van Justid in Almelo) moet een integer en integraal persoonsbeeld geven. De rechter moet er bij iedere strafzaak naar kijken en ook blind op kunnen varen bij de strafoplegging in een rechtszaak.

Verschillende uittreksels

Nu blijkt dat de in 2000 ten onrechte voor xtc-handel vervolgde Robert Hörchner (foto rechts) over verscheidene ten opzichte van elkaar verschillende uittreksels van zijn juridische documentatie beschikt. Hörchner en zijn vrouw zijn voor betrokkenheid bij xtc-productie vervolgd maar vrijgesproken nadat bleek dat politiemensen het enige belastende bewijs – een telefoongesprek – valselijk in belastende zin hadden uitgewerkt. Het Openbaar Ministerie heeft daarvoor nooit excuses aangeboden. Daarom is het des te opvallender dat in de juridische documentatie van Hörchner uit 2012 nog steeds twee beslissingen over een sepot staan vermeld die al verwijderd hadden moeten zijn.

Ten onrechte verdachte

Het gaat om verdenkingen in de xtc-zaak waarin het OM destijds besloot dat hij ten onrechte als verdachte vermeld was (sepotcode 01). In een uittreksel uit 2013 zijn deze meldingen opeens verdwenen. Maar in een uittreksel uit 2014 staan ze er nog steeds in.

Kan niet

Een bron binnen het ministerie van Justitie die het systeem van de juridische documentatie goed kent zegt over deze feiten tegen Crimesite:

‘Ik zie het staan. Maar het kan niet. Het is onmogelijk.’

Er kunnen volgens wet- en regelgeving namelijk niet zomaar wijzigingen in de juridische documentatie plaatsvinden. En al helemaal geen wijzigingen waar geen enkele aanleiding voor bestaat. En dat was hier het geval. Waarom?

Mensenhand

De seponering met de code 01 (ten onrechte als verdachte gemeld) in de xtc-zaak vond plaats in 2000. Volgens de wet moet ieder feit met sepotcode 01 onmiddellijk automatisch uit het systeem met de justitiële documentatie worden verwijderd (logisch: als iemand ten onrechte verdachte was moet dat iemand niet worden nagedragen). Het is daarom onmogelijk dat in juli 2012 deze feiten (ten onrechte als verdachte) toch nog stonden vermeld op de justitiële documentatie van Robert Hörchner. Het had al automatisch verwijderd moeten zijn. En er moet ook nog een mensenhand zijn geweest die deze feiten weer heeft verwijderd want op het uittreksel uit 2013 waren ze weg. En in 2014 weer terug.

Automatisch

Op de parketten vullen medewerkers van het Openbaar Ministerie in het zogeheten COMPAS-systeem precies en systematisch in wat er met een verdachte gebeurd als deze strafrechtelijk wordt vervolgd. Alles moet daarin worden aangetekend: dagvaarding, transacties, voegen, overdragen en sepotbeslissingen. Deze mutaties worden dan direct – automatisch – verwerkt in het systeem van juridische documentatie in Almelo, en dus genoteerd op de justitiële documentatie van een verdachte.

Schaduw-systeem

Robert Hörchner denkt dat het Openbaar Ministerie in zijn zaak een schaduwsysteem heeft bijgehouden. Want het uittreksel waarop de twee xtc-feiten toch nog stonden vermeld is uiterlijk duidelijk een print uit een ander systeem, namelijk het COMPAS-systeem van het Openbaar Ministerie. Hoe kan dit alles, heeft Hörchner gevraagd aan het Openbaar Ministerie dat zonder inhoudelijk te antwoorden de vraag na zes weken heeft doorgestuurd naar Justid te Almelo.

Minister

Een woordvoerder van het ministerie van Justitie zei enkele jaren geleden toen Hörchner ook al vragen had: ‘de samenstelling van een dergelijk uittreksel is een geautomatiseerd proces waarbij geen personele interactie plaats vindt.’ Deze week heeft Justid in Almelo, namens de minister van Veiligheid en Justitie, schriftelijk aan Hörchner laten weten dat er een fout is gemaakt. De twee xtc-feiten (ten onrechte als verdachte vermeld) stonden in het uittreksel van 2012 “per abuis” toch op de justitiële documentatie vermeld. De minister gaat hiermee voorbij aan de vraag hoe het kon gebeuren dat de feiten überhaupt konden worden vermeld. En ook aan de vraag hoe deze er in 2014 toch weer in konden terechtkomen.

Opheldering

Voor Tweede Kamerlid Michiel van Nispen (SP) is de gang van zaken reden om de minister om opheldering te vragen. Van Nispen:

‘Ik vind dit heel vreemd. Daarom wil ik van de minister van Veiligheid en Justitie weten hoe dit zit. Ik wil onder andere weten wat de verklaring van de minister hiervoor is, wat de potentiële gevolgen kunnen zijn voor de betrokkene en de rechtspleging in het algemeen, en of dit vaker voorkomt. Het is van groot belang dat de juistheid van de justitiële documentatie vast staat, daar horen dus geen verschillende versies van te bestaan.’

Volgens Hörchner is er niet zomaar een foutje gemaakt. Volgens hem heeft het te maken met beleid van het Openbaar Ministerie om uitbetaling van schadevergoeding aan ten onrechte vervolgde ex-verdachten te beperken.

(wordt vervolgd)