AG Hoge Raad: zaak moordenaar Alex Wiegmink moet over

De advocaat-generaal (AG) bij de Hoge Raad adviseert dinsdag in zijn conclusie aan de Hoge Raad om de zaak van één de mannen die zijn veroordeeld voor de “Posbank-moord” op Alex Wiegmink terug te verwijzen naar het gerechtshof. De AG vindt dat de toelaatbaarheid van de gebruikte “Mr Big-methode” van de politie-undercovers tegen het licht moet worden gehouden.

Frank S en Souris R.

Het gaat om de zaak tegen Souris R..

De zaak van de andere verdachte Frank S. kan in de visie van de AG wel in stand blijven. Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden veroordeelde beide verdachten wegens onder meer het medeplegen van moord tot 18 jaar gevangenisstraf. De verdachten stelden beroep in cassatie in bij de Hoge Raad.

Alex Wiegmink was in de middag van 20 januari 2003 gaan hardlopen in de bossen bij de Posbank en niet meer thuisgekomen. Nadat hij als vermist was opgegeven, werd zijn levenloze lichaam in de avond van 20 januari 2003 aangetroffen in zijn auto in de bossen bij Erp. De auto was volledig uitgebrand en ook het lichaam van het slachtoffer was sterk verbrand en gedeeltelijk verkoold.

Mr. Big

In 2016 werd in het tv-programma Opsporing Verzocht aandacht besteed aan de moord. Souris R. meldde zich daarop bij de politie en legde een bekennende verklaring af. Hij noemde ook de naam van Frank S. in verband met betrokkenheid bij de moord.

Eerder had de politie tegen R. een undercovertraject gestart dat gelijkenis vertoont met de zogenoemde Mr. Big-methode. Bij deze methode, afkomstig uit Canada, wordt gebruik gemaakt van een undercoveroperatie waarbij een verdachte wordt opgenomen in een fictieve criminele organisatie. De schijn wordt gewekt dat in de criminele organisatie veel geld is te verdienen en dat de organisatie geweld niet schuwt. Om verder te komen in de organisatie, moet de verdachte eerst zijn daden opbiechten aan (het hoofd oftewel ‘Mr. Big’ van) die organisatie. Als hij dat niet doet, zal hij niet met de organisatie mogen werken.

In werkelijkheid had R. te maken met undercoveragenten. R. verklaarde tegenover de undercoveragenten dat hij betrokken was geweest bij het doodschieten van Alex Wiegmink en is daarop aangehouden en vervolgd.

Onvoldoende gemotiveerd

De AG is van mening dat het gerechtshof in de zaak onvoldoende heeft gemotiveerd waarom het de methode in dit geval toelaatbaar vindt.

De AG vindt dat de methode zeer kritisch moet worden bezien. Hij doelt daarmee op de rechtmatigheid van de methode, de verklaringsvrijheid van de betrokkenen en vervolgens de beoordeling van de betrouwbaarheid van de afgelegde verklaringen. De toepassing van de Mr Big-methode of een variant daarop vergroot de kans op valse bekentenissen. Eigenlijk wordt door de overheid een kunstgreep ingezet om de verdachte te misleiden en een bekentenis te verkrijgen. Dit gebeurt zonder de waarborgen die een verdachte heeft bij een regulier politieverhoor, zoals het zwijgrecht en het recht op bijstand door een advocaat. De methode is in de praktijk tot stand gekomen zonder dat de wetgever aan een dergelijke constructie lijkt te hebben gedacht. Gelet hierop moet de rechter zeer behoedzaam zijn bij het toelaten tot het bewijs van verklaringen die in een dergelijke constructie zijn afgelegd. Als de rechter dat doet, zo vindt de AG, moet hij dit heel goed motiveren, zowel ten aanzien van de toelaatbaarheid van de methode als ten aanzien van de betrouwbaarheid van de verklaring.

Dat geldt in het bijzonder voor het oordeel van het hof dat de verklaringsvrijheid van de verdachte niet is aangetast.

De uitspraak van de Hoge Raad is voorlopig bepaald op 17 december 2019. De conclusie van de advocaat-generaal is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat al dan niet te volgen.

Zie ook:

Politie gaat tientallen keren per jaar undercover

Mr Big Brother is Watching You (COLUMN)