Filmpje: verdachte laat animatie maken over gebruik pgp-telefoons (VIDEO)

Politie, justitie en rechters schrijven door de politie gekraakte pgp-chats veel te gemakkelijk toe aan een bepaalde verdachte, dat vinden een verdachte en een advocaat die daarover een animatiefilmpje hebben laten maken dat in een grote rechtszaak over cocaïnesmokkel zal worden vertoond.

E-mailadressen

Gebruikers van van diensten als PGPSafe, Sky-ECC, Ennetcom of EncroChat communiceerden met elkaar via e-mailadressen die niets zeggen over de identiteit van de gebruiker. De recherche probeert in alle zaken waar dit soort bewijs een rol speelt te bewijzen dat zo’n e-mailadres door een verdachte is gebruikt en dat dus de chats in het bewijs ook echt door die verdachte zijn getikt. Rechters krijgen altijd een beperkt deel van “een lijn” te zien, met chats die door een bepaald e-mailadres zijn verstuurd of ontvangen.

Pino

Volgens advocaat Michel van Stratum kan de rechter er niet voetstoots vanuit gaan dat al die berichten door één en dezelfde persoon zijn verstuurd. Om die stelling kracht bij te zetten heeft hij samen met zijn verdachte cliënt ten behoeve van de verdediging in de zogenoemde Sesamstraat-zaak een animatiefilmpje laten maken. Het filmpje zal worden vertoond tijdens de inhoudelijke behandeling van de zaak. Advocaat Van Stratum:

De verdediging wil twijfel zaaien over de stelligheid waarmee politie en Openbaar Ministerie beweren dat bepaalde mensen steeds de gebruikers zijn geweest van een e-mailadres dat pgp-chats verstuurde en ontving. Telefoons worden uitgeleend, mensen gebruikten even of langere tijd de telefoon van een ander als ze samen waren. Of mensen verkopen een telefoon waarop oude contactgegevens achterblijven en niet worden gewist.

De Sesamstraatzaak is zo genoemd omdat volgens de politie het merendeel van de verdachten communiceerde met nicks uit Sesamstraat over grote transporten van cocaïne. Zo zou de cliënt van Van Stratum volgens de politie Pino zijn. Het is een slepende zaak over de import van grote hoeveelheden cocaïne naar verschillende West-Europese havens. In juni 2020 werden de verdachten gearresteerd. Pas volgend jaar begint de inhoudelijke behandeling. Alle verdachten in de zaak zijn intussen voorlopig op vrije voeten gesteld.

‘Duivels dilemma’

De discussie die de advocaten aankaarten speelt in veel meer zaken. Het is moeilijk voor verdachten in dat soort zaken om zich zich te verdedigen, zegt Van Stratum:

Verdachten zitten vaak met een duivels dilemma bij de keuze of ze zich inhoudelijk gaan verdedigen tegen de stelling dat zij degenen zijn die de pgp-chats hebben verstuurd. Als ze zeggen dat dat iemand anders de telefoon in handen heeft gehad dan zeggen ze impliciet of expliciet iets over iemand anders. Er kan dan een soort domino-effect optreden omdat dit ook voor andere mensen gevolgen kan hebben. En als ze zeggen dat zij het ene wel en het andere niet hebben geschreven dan bekennen ze dat ze zo’n ding hebben gebruikt. Anderzijds kan je door vroegtijdig te verklaren je eigen rol soms minimaliseren en kan de politie vaak niet het tegendeel bewijzen.

Interpreteren

De mensen die de telefoons gebruikten gingen ervan uit dat de politie de toestellen nooit zou kraken en dat het dus niet uitmaakte als iemand anders het toestel gebruikte.

Rechters moeten uit verschillende omstandigheden in het onderzoeksdossier interpreteren of teksten uit een pgp-telefoon ook werkelijk te koppelen zijn aan bepaalde verdachten. De recherche probeert het bewijs uit de gekraakte pgp-chats naast ander bewijs te leggen.

Bijvoorbeeld door observaties te linken met de locatiegegevens van de pgp-toestellen of de inhoud van de berichten en bijgevoegde notities te vergelijken met verifieerbare gegevens over verdachten, bijvoorbeeld de woonplaats, auto’s, hobby’s of vrienden, vriendinnen en kennissen. Ook zijn plaatjes die met de toestellen worden verstuurd, van uiterlijke kenmerken, of bijvoorbeeld de inrichting van woningen, te koppelen aan andere onderzoeksgegevens.