Kroongetuige Ros trekt kort geding tegen Staat in (UPDATE)

Fred Ros, kroongetuige en verdachte in het Passage-proces heeft een ernstig conflict met de Staat. Afgelopen maand werd door Ros een kort geding aangespannen tegen de Staat. De rechtbank Den Haag laat desgevraagd aan Crimesite weten dat het geding vorige week door Ros is ingetrokken.

Door @Wim van de Pol

Verschillende bronnen meldden aan Crimesite dat het conflict tussen Ros en de Staat zo hoog was opgelopen dat de rechtbank in Den Haag in kort geding een knoop zou moeten gaan doorhakken. Ros zou mogelijk zelf op de zitting aanwezig zijn. Het zou worden gehouden in een beveiligde rechtbank, ofwel in Amsterdam-Osdorp, ofwel op Schiphol.

Geen bijzaak

De andere kroongetuige in het Passage-proces, over een reeks onderwereldmoorden, Peter la Serpe voerde ook al eens een kort geding, maar dat was niet tegen de Staat. Het handelde over de publicatie van een foto met zijn beeltenis. Dat was een bijzaak, in het geval van Ros raakt het conflict direct aan zijn zaak, zo meldden bronnen aan Crimesite.

Wachten

Fred Ros is door de rechtbank in Amsterdam veroordeeld tot dertig jaar cel, onder meer voor medeplegen van moord in 2006 op Thomas van der Bijl. Nadien sloot Ros een overeenkomst met het Openbaar Ministerie en werd hij kroongetuige. Hij legde uiterst belastende verklaringen af tegen andere verdachten, onder meer tegen Dino Soerel. In ruil daarvoor eiste het Openbaar Ministerie in hoger beroep slechts vijftien jaar cel. Het OM vorderde vóóraf het requisitoir, van afgelopen najaar, en daarna nog een keer, dat de voorlopige hechtenis van Ros zou worden opgeheven omdat hij zijn straf inmiddels zou hebben uitgezeten (Ros zit sinds de zomer van 2006 binnen). Ros zou zijn detentie al hebben voltooid mits het hof inderdaad vijftien jaar cel zal opleggen. Het hof weigerde steeds een voorschot op het eindarrest te nemen. Ros zal dus moeten wachten in detentie, waarschijnlijk tot later dit jaar.

Ros’ advocaat Onno de Jong wil helemaal niets over het kort geding zeggen.

1,4 miljoen

De aard van het conflict met Ros kan van tweeërlei aard zijn. De eerste mogelijkheid is dat Ros net als de andere kroongetuige Peter la Serpe onenigheid heeft over de uitwerking van de overeenkomst met de Staat als kroongetuige. Peter la Serpe kreeg totaal 1,4 miljoen euro voor zijn deal, per jaar uit te keren. Zes ton daarvan was een renteloze lening die (toen) over 25 jaar zou moeten worden terugbetaald. La Serpe legde verder nog een reeks eisen over schadevergoeding en bescherming van familieleden op tafel. Kroongetuigen kunnen bij de rechter in (vertrouwelijke) arbitrage gaan ingeval van een meningsverschil met de Staat. Bij La Serpe, die inmiddels op vrije voeten is, werd de zaak daar gesust.

Wat Ros aan vergoeding krijgt is onbekend. Het is mogelijk dat hij zich na een arbitrage onvoldoende in zijn recht gesteld voelde en daarom naar de gewone rechter wilde stappen.

Hechtenis

De andere mogelijkheid is dat Ros een geding wilde voeren over zijn voorlopige hechtenis. De kans bestaat dat het gerechtshof zijn overeenkomst met de Staat voor kennisgeving aanneemt en hem toch ambtshalve afstraft voor de moord op Van der Bijl of andere feiten. Dat is mogelijk indien (bijvoorbeeld) het hof tot de conclusie is gekomen dat hij niet de waarheid heeft verteld over zijn bijdrage aan de moord op Thomas van er Bijl en/of andere levensdelicten. Het hof kan hem ondanks de eis van de advocaten-generaal een lange straf opleggen die de vijftien jaar ver te boven gaat. En dan zit Ros klem. In dat geval is al zijn moeite om als kroongetuige op te treden, althans wat zijn vervroegde vrijheid betreft, voor niks geweest.

Het is ook mogelijk dat hij met het kort geding opheffing van zijn hechtenis wilde gaan afdwingen.

Risico’s

Eén van de nadelen van de kroongetuigenregeling is dat onderhandelingen met de Staat over vitale belangen van de getuige zich aan het oog van de rechter onttrekken. Ook hier is dat het geval.

Hoewel het geding nu van de baan is maakt de vergaande stap van Ros wel duidelijk dat de onvrede bij hem zeer hoog was opgelopen. Het is lang niet zeker dat het intrekken van het geding nu een resultaat is van toezeggingen door de Staat. Ros kan hebben getwijfeld over de risico’s van het voeren van het geding.

Een kort geding kan zich maar moeilijk aan de openbaarheid onttrekken, ondanks dat de rechtbank zo welwillend was de zaak niet op de openbare rol te zetten. Ook voor Ros zelf zou voeren van een kort geding een groot risico hebben betekend omdat hij ermee mogelijk een voorwaarde van zijn overeenkomst met de Staat had geschonden en die overeenkomst deels of helemaal opgezegd zou kunnen worden. Als de Staat hem laat vallen staat hij er geheel alleen voor.

Lees over het pleidooi in de zaak tegen Dino Soerel:

De laatste kans voor Dino Soerel (#4)

De laatste kans voor Dino Soerel (#3)

De laatste kans voor Dino Soerel (#2)

De laatste kans voor Dino Soerel (#1)