OM eist in hoger beroep tot 23 jaar cel voor vergismoord Latumahina

Het Openbaar Ministerie heeft maandag bij het gerechtshof in Amsterdam celstraffen van 20 en 23 jaar geëist tegen drie verdachten die in hoger beroep terechtstaan voor de vergismoord op Djordy Latumahina. Tegen Tony D. (38), die eerder na een eis van 30 jaar door de rechtbank werd vrijgesproken, eist het OM nu 23 jaar cel. Volgens justitie is hij de tweede schutter.

Parkeergarage

De 31-jarige Djordy Latumahina werd op 8 oktober 2016 doodgeschoten in de parkeergarage van zijn appartementencomplex aan het Koningin Wilhelminaplein in Amsterdam Nieuw-West. Zijn vriendin raakte zwaargewond maar overleefde de aanslag, hun destijds 2-jarige dochtertje bleef lichamelijk ongedeerd. Het daadwerkelijke doelwit was drugsdealer Gino M. die in hetzelfde complex woonde en in een soortgelijke auto reed.

In het opsporingsonderzoek kwamen zeven verdachten in beeld. Zij kregen in eerste instantie gevangenisstraffen tot 30 jaar opgelegd voor hun rol bij de moord. Vijf van hen gingen in hoger beroep, in twee zaken werden de appèllen ingetrokken.

Geplande aanslag “Noffel”

Voor het gerechtshof in Amsterdam stonden maandag Tony D. (38), Wendell R. (50) en Ulrich B. (48) terecht. D. werd eerder na een eis van 30 jaar door de rechtbank vrijgesproken. Het OM ziet hem als de tweede schutter en eist tegen hem in hoger beroep 23 jaar cel. Hij werd in september al tot zeven jaar cel veroordeeld voor het voorbereiden van een liquidatie op de inmiddels tot levenslang veroordeelde Naoufal “Noffel” F. in Berlijn.

Cruciale rol

Tegen Wendell R., die volgens justitie een cruciale rol in de organisatie van de moord had, eist het OM 20 jaar cel. Hij kreeg eerder vijftien jaar opgelegd na een eis van 25 jaar. Ook Ulrich B., de vermeende bestuurder van de vluchtauto, hoorde 20 jaar cel tegen zich eisen. Hij kreeg eerder achttien jaar na een eis van 25 jaar. Volgens het OM hebben de drie mannen zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van moord en poging moord. De andere schutter Djurgen W. werd in mei 2018 veroordeeld tot 30 jaar cel.

In mei 2021 werd bij het Spaanse Marbella de 40-jarige Noureddine H. opgepakt die de opdrachtgever van de moord zou zijn. Zijn zaak loopt nog bij de rechtbank in Amsterdam.

Complex

De bewijsconstructie in de vergismoordzaak is volgens het OM ‘gedetailleerd en complex’. Justitie baseert zich voor het bewijs niet alleen op verklaringen van een van de verdachten en dna-sporen die zijn aangetroffen in een van de vluchtauto’s, maar ook op reisbewegingen van auto’s die door de verdachten werden gebruikt en op camerabeelden van de parkeergarage en de vluchtroute.

Daarnaast is er onderzoek gedaan naar een encrypted telefoon van een van de vermeende schutters en naar afgeluisterde en opgenomen (telefoon)gesprekken. Alle bewijsmiddelen hangen volgens het OM met elkaar samen. Dit betekent dat de betrokkenheid van de ene persoon meeweegt bij het bewijs van betrokkenheid van de andere persoon of personen.

Bedreigde anonieme getuige

In de zaak tegen Tony D. zijn tijdens het hoger beroep daarnaast nog nieuwe bewijsmiddelen naar voren gekomen. Zo kwamen in een ander strafrechtelijk onderzoek pgp-berichten naar voren die relevant zijn voor deze zaak. Ook heeft het OM een belastende verklaring van een bedreigde anonieme getuige ingebracht. Deze getuige heeft verklaard dat hij van iemand die zelf betrokken was bij het plegen van de feiten, gehoord heeft dat een van de verdachten de schutter is geweest.

De inhoudelijke behandeling duurt nog tot en met vrijdag. Het gerechtshof in Amsterdam doet naar verwachting op 4 februari 2022 uitspraak.