John H., de xtc en de Amsterdammers

In oktober 1999 werd de nu opnieuw aangehouden oud-onderwijzer John H. (60) opgepakt in het zogeheten York-onderzoek. In 2003 kreeg hij definitief 11 jaar cel. Het York-onderzoek was een onderdeel van een grote bundel xtc-onderzoeken die de Nederlandse politie, onder meer na Amerikaanse druk op de Nederlandse regering startte.

Door @Wim van de Pol

In de tweede helft van de jaren negentig was ontdekt dat Nederlandse xtc zijn weg over de gehele wereld had gevonden. Nederlandse criminelen werkten samen met Israëlische groepen, die met name Israel en de Verenigde Staten als renderende bestemming zagen. Het York-onderzoek was al begonnen in 1996. Er was ook een onderzoek naar cocaïne-importen in Europa door Israëliërs aan vooraf gegaan. Wat er indertijd precies allemaal heeft gespeeld in alle onderzoeken en hoe er internationaal is samengewerkt is nooit helder geworden.

John H. stond in de jaren negentig vooral bekend als wapenhandelaar. Er waren tientallen verdachten in het York-onderzoek, onder meer Patrick F. en de Rucphense milieuambtenaar Jack W.. Verdachte Gerard H. uit Rijsbergen verdween tijdens het onderzoek York spoorloos.

De belangrijkste afnemer zou een Amsterdamse groep zijn, onder wie de Israelische restauranthouder Eddy S..

Amsterdammers

Eddy S. baatte een restaurant uit in de Leidse Buurt in het centrum van Amsterdam. In 1997 en 1998 kwamen ook de Amsterdammers Mink Kok en Jan Femer (doodgeschoten in 2000) in beeld bij de politie omdat ze regelmatig contact hadden met S.. Kok en Femer werden geobserveerd en geschaduwd door de recherche. Tegen hen was echter kennelijk geen bewijs op tafel te krijgen.

De advocaten probeerden in hoger beroep bij de rechtbank aan te tonen dat er naast Eddy S. toch nog meer Amsterdammers betrokken zouden moeten zijn. Zo was één van de verdachten aan het sms’sen met een mysterieuze groep die door een cijfercombinatie werd geïdentificeerd.

Israel

Ook dook er een telefoontap in het dossier op met een onbekende die sprak ‘met een Amsterdams accent’ en informeerde naar de ‘directie’ waarmee John H. zou zijn bedoeld. Wie de man met het Amsterdamse accent was is nooit vastgesteld. Eerst zou dit Mink Kok zijn geweest, maar later dachten agenten dat het mogelijk een toenmalige compagnon van Kok was.

De advocaten stelden ook dat er een heel onderzoekstraject door de politie vanuit Israel was opgestart, compleet met twee (verboden) criminele burgerinfiltranten, dat geheel buiten beeld was gehouden. Het gerechtshof wilde hier echter niets van weten.

In 2011 kwam H. korte tijd vast te zitten in verband met de vondst van grondstoffen van xtc, dat leidde niet tot een rechtszaak.