‘Kettingzaag moordzaak uit water gevist’

De kettingzaag waarmee volgens de politie het lichaam van de Belgische loodgieter Johan van der Heyden in stukken is gezaagd, is woensdag uit het water van een riviertje gevist. Volgens BN/De Stem denkt de politie daarmee een nieuw bewijsstuk in handen te hebben in de zaak tegen de verdachten van de gruwelijke moord.

Bergsche Water

De zaag is gevonden in het Bergsche Water, vlakbij het kampje aan de Westlandse Langeweg in Steenbergen waar hoofdverdachte Nicky S. (31) het lichaam van Van der Heyden in stukken zou hebben gezaagd en daarna verbrand. De stoffelijke resten zijn in een specie-ton gepakt en gedumpt in het nabijgelegen Schelde-Rijnkanaal. Deze ton werd op 28 januari door duikers gevonden.

Nauwkeurige aanwijzingen

In de zaak zijn nu vier verdachten: Nicky S. zijn partner Wanda van R., zijn ex-vriendin Edna V. en diens negentienjarige dochter uit Steenbergen. Met één van de vier verdachten is dinsdag een ronde gereden langs cruciale plekken waar de moord en wegmaken is gebeurd. De politie had zodoende nauwkeurige aanwijzingen waar gezocht moest worden naar de kettingzaag.

Onderzoek moet nu uitwijzen of er bruikbare dna-sporen op de kettingzaag te vinden zijn, van het slachtoffer of van dader of daders.

De 57-jarige Van der Heyden raakte op 2 juli vorig jaar vermist na een bezoek aan de prostituee Wanda van R. en haar vriend Nicky S. in het Belgische Zoersel. Daar waren ook Edna V. en haar dochter aanwezig. De politie denkt dat het stel Van der Heyden wilde beroven.