OM eist vrijspraak voor doodschieten schutter tijdens liquidatiepoging

OM eist vrijspraak voor doodschieten schutter tijdens liquidatiepoging

Het Openbaar Ministerie heeft maandag vrijspraak geëist tegen een 31-jarige verdachte uit Lelystad voor het doodschieten van een man die hem in maart 2022 wilde liquideren op een parkeerplaats in Vinkeveen. Volgens het OM mag Valengino M. zich beroepen op noodweer.

M. was het doelwit van een liquidatiepoging op 6 maart 2022 toen hij een feest in The Harbour Club in Vinkeveen verliet. Op de parkeerplaats bij de club wordt hij plotseling beschoten. De kogels missen hem, maar verwonden wel een toevallige passant. De schutter, Jonathan “Jonna” van B. (27) uit Amsterdam-Zuidoost, slaat hem vervolgens hard met het vuurwapen op zijn hoofd. Daarna pakt Van B. een ander vuurwapen.

14 jaar cel

Valengino M. ligt dan gewond op de parkeerplaats. Terwijl hij opnieuw beschoten wordt, schiet hij terug. Daarbij raakt hij zijn aanvaller in zijn hoofd. Deze wordt vervolgens door zijn handlanger, de 22-jarige H.A. uit Lelystad, naar het ziekenhuis gereden, waar hij een dag later overlijdt. H.A. werd in december vorig jaar door de rechtbank in Utrecht veroordeeld tot veertien jaar gevangenisstraf voor het medeplegen van een poging tot liquidatie. Hij bestuurde de vluchtauto en wachtte samen met Jonathan van B. urenlang op de parkeerplaats totdat hun beoogde doelwit Valengino M. naar buiten kwam.

Noodweer

Maandag stond het slachtoffer van de liquidatiepoging als verdachte terecht voor het doodschieten van de aanvankelijke schutter. Het OM is van mening dat M. een geslaagd beroep op noodweer doet. Er was een onmiddellijke dreiging dat hij doodgeschoten zou worden door Jonathan van B. Er werd namelijk op hem geschoten met een automatisch wapen, terwijl hij zelf gewond op de grond lag. Bovendien waren er op dat moment – in de visie van het OM – ook geen minder ingrijpende manieren voor hem beschikbaar om een einde aan de onmiddellijke dreiging te maken dan door terug te schieten.

Vuurwapen

De verdachte heeft verklaard dat hij het vuurwapen waarmee hij de aanvaller doodschoot, pas tijdens de schietpartij in zijn bezit kreeg. Hoe dat precies gebeurd is, is niet duidelijk geworden. Er is geen bewijs dat hij al vóór het schietincident over het wapen beschikte. Ook wat betreft het wapenbezit kan Valengino M. zich in de visie van het OM daarom op noodweer beroepen. Hij beschikte zeer korte tijd over een verboden wapen, maar omdat hij het nodig had om zichzelf te beschermen tegen een onmiddellijke en ernstige dreiging, is er volgens de officier van justitie geen sprake van een strafbaar feit.

Alles afwegend heeft de officier van justitie de rechtbank verzocht M. te ontslaan van alle rechtsvervolging.

Drugsschuld

Valengino M. was een van de aanwezigen op het feest in The Harbour Club en zou een uitstaande drugsschuld in het criminele milieu hebben. M. zat volgens het OM in de criminele organisatie van Richard R.. Deze “Rico de Chileen” werd in mei 2021 veroordeeld tot elf jaar cel als leider van een criminele organisatie en witwassen.