Wie is de Mol: valsemunterijzaak is schimmenspel

In valsemunterij-zaak rond Amsterdammer Patrick O. (54) is deze week een prominente verdachte afwezig bij de rechtbank in Amsterdam. Deze W. M. (alias “Mol”, 54) kiest ervoor om in Brazilië te blijven. Hij heeft geen advocaat maar hij is volgens de rechtbank wel op de hoogte dat hij is gedagvaard.

Door Wim van de Pol

‘Van hem weten we niets behalve dat hij waarschijnlijk in Rio de Janeiro woont’, sprak de voorzitter van de rechtbank.

Niks, dat is te zeggen, er is door de FIOD wel een identiteitsbewijs van M. gevonden, en een medeverdachte heeft hem geïdentificeerd, als de “Mol” voor wie hij ladingen Britse ponden moest rijden. Verder heeft deze M. kennelijk een criminele reputatie. Hij is in het verleden onder meer veroordeeld voor lidmaatschap van een criminele organisatie en voor synthetische drugs.

M. speelt een opvallende rol in het dossier, dat in de publiciteit tot nu toe vooral om muntenspecialist, metaalkundige, en algemeen uitvinder Patrick O. (54) leek te gaan.

Rollen metaal

De FIOD hield in 2013 export van rollen metaal vanuit Turkije naar Nederland in de gaten. Dat metaal van een speciale legering werd afgeleverd op de Koffieweg in het Amsterdamse havengebied. Daar huurde Patrick O. een set loodsen die deels met elkaar in verbinding stonden. O. had daar ook talrijke machines geplaatst om munten te slaan en andere bewerkingen op metaal te doen.

Armalite

O. is een bijzondere man met grote talenten op een speciaal gebied: de fijnmetaal. In het wereldwijd kleine wereldje van munten en baren stond hij in hoog aanzien. Maar hij ontwierp in wat vrije uurtjes ook eens een vuurwapen dat het Amerikaanse Armalite van hem kocht. Hij diende de Koninklijke Munt in Utrecht, en ook muntslagerijen in andere landen, van advies. Er stonden aan de Koffieweg machinestraten waar internationale muntslagers hun vingers bij aflikten.

Goede kwaliteit

Volgens justitie waren de Turkse rollen metaal door zijn bedrijf precies geschikt voor het slaan van Britse ponden. Ze waren door het bedrijf van Partick O. besteld. De FIOD registreerde een tiental transporten van Britse ponden die gewoon werden gewisseld door een handelshuis. De ponden die aan de Koffieweg geslagen werden waren van zeer goede kwaliteit. Toen de FIOD in november 2013 naar binnen klapte stonden er in een loods bakken met een goede 575.000 glimmende pondstukken met jaartal 2004 en 2006.

Nieuw pond

Voor justitie is het dus zonneklaar: Patrick O. stond aan het hoofd van een internationale miljoenenscam van ponden, van zo’n omvang, dat Britse media schreven dat de Britse regering dit jaar door deze fraude genoodzaakt was per dit jaar een nieuwe pond in te voeren. Ongeveer 10%  van de ponden in het Verenigd Koninkrijk bleek vals.

Buitengewoon verhaal

Maandag en dinsdag sprak Patrick O. voor het eerst. De drie leden van de rechtbank konden hun ongeloof en scepsis soms niet onderdrukken. Het verhaal van O. is dan ook buitengewoon.

Rond de eeuwwisseling viel hem een erfenis van een slordige 10 miljoen gulden ten deel. Daarna stroomde het geld soms binnen doordat hij succesvol was met opkopen, omsmelten en in baren en munten omzetten van edelmetalen. Samen de inmiddels bekende goudopkoper en zakenman Willem Middelkoop bezat hij een goudbedrijf dat werd verkocht. Hij cashte een miljoen euro. Met dat kapitaal richtte hij in Duitsland en Amsterdam bedrijven in. Zijn doel was vooral de internationale markt voor het slaan van penningen, casinomunten, gedenkmunten, baren en stukken edelmetaal.

Alles cash

De rechtbank fronste de wenkbrauwen omdat de Patrick O. en zijn echtgenote de excentrieke gewoonte blijken te hebben gehad om financieel gezien alles cash af te handelen. Bankrekeningen werden alleen als hoogst noodzakelijk instrument ingezet, als het niet anders kon. Winsten werden direct opgenomen en in hun huis in Amsterdam cash in laatjes opgeslagen. Alles werd cash betaald, dus ook Audi cabrio’s en tassen van dure merken. O.’s echtgenote had een eigen ‘geheim laatje’ waar Patrick niet bij kon (‘als hij de rekeningen zou betalen dan hadden we geen huis meer gehad’.) Soms was er veel soms was er weinig in het laatje, zei O.. Maar de erfenis was op zeker moment wel op.

Laatjes

Belasting gezien was het ook eenvoudig. Geld uit de bv’s kwam in de privé-laatjes terecht en opgaves ‘dat deden wij niet’, aldus O.’s echtgenote. Op het bedrijf stapelde post zich op, O. liet het maar zo omdat hij liever aan het uitvinden en aan het sleutelen ging. Zijn vrouw vond dat zij ‘niks hoefde in te vullen’. De incidentele inzet van boekhouders bracht geen orde en zeker geen bevrediging bij Belastingdienst en FIOD.

Maar O.’s financiële manco’s maken hem nog geen valsemunter.

Mol

Patrick O. Legde uit dat zijn kennis W. M. (In het dossier “Mol” genoemd) enkele van de vijf loodsen mocht gebruiken. Een tijdlang gratis en in 2013 een paar maanden (cash) betaald. M. was ook een techneut die met allerlei muntjes (b.v. age-coins) bezig was, zei O.. W. M. mocht van hem de machines gebruiken, ze stonden er toch. Het bedrijf van O. bestelde in Turkije de rollen metaal die voor de ponden werden gebruikt. O. zei die ook voor andere doeleinden te hebben aangewend en dat M. die ook gebruikte. Volgens hem had M. die betaald, ‘anders komen ze niet’. Hij erkende wel de invoerrechten (cash) te hebben betaald. Hij wist niet wat M. allemaal in zijn loodsen had uitgespookt, evenmin had hij in bakken gekeken en ponden waargenomen.

Getuigen en ander bewijs suggereren dat alleen M. met de ponden bezig was. De man die de munten wegreed vanaf de loodsen deed dat voor M. Deze medeverdachte zei:

Ik heb nooit wat voor O. gedaan. Mol was de baas. Je hebt met Patrick niks te maken, je moet dingen doen wat ik zeg.

Behalve het feit dat O. met zijn bedrijf en zijn loodsen M. zijn gang liet gaan bevat het dossier eigenlijk geen bewijs tegen O..

“Patrick”

Ene “Patrick”, zijnde niet Patrick O., die verder onbekend is gebleven, was waarschijnlijk de man die de gelden van de gewisselde ponden incasseerde nadat een groepje Brabantse en Limburgse verdachten via een soort estafette met vrachtwagens en briefjes de ruil tussen de valse ponden en echt geld tot stand hadden gebracht. De FIOD vond geen enkele aanwijzing dat O. had geïncasseerd, ook niet cash.

Zo blijft de affaire, die toch over vele miljoenen gaat, een schimmenspel.

De voorzitter keek Patrick O. maandag en dinsdag dikwijls streng aan:

U bent zeker wel toe aan een goed gesprek met meneer M..

Ja daar was O. wel aan toe.

Al bijna vijf jaar. Ik en mijn gezin zijn alles kwijtgeraakt. Ik ben nergens meer welkom. (…) M. was continu met zichzelf bezig. Hij was de haler en ik was de brenger. Ik wilde van hem af. Als ik nu terugkijk ben ik niet kritisch genoeg geweest.

Over zijn precieze relatie met M. wijdde O. niet uit.

Patrick was veel te aardig voor mensen die bij hem rondhingen, ‘al die gelukzoekers’, zijn echtgenote wilde dat dinsdag nog maar eens onderstrepen. De rechtbank had dat al gelezen in de telefoontaps die tussen haar en O. zijn opgenomen: ‘Patrick, je moet zeggen: het is mijn bedrijf’.

Vrijdag komt het Openbaar Ministerie met de strafeisen tegen de zes verdachten en houden advocaten Jan-Hein Kuijpers en Vincent Poelmeijer hun pleidooi voor O..

W. M. alias Mol, zal er niet bij zijn.

Zie de laatste berichten over de zaak:

‘Valsemunters’ voor Amsterdamse rechter

Nieuwe 1 pond munt na Nederlandse valsemunterij (VIDEO)

‘Mega-valsemunter’ op vrije voeten