Eis: tot 14 jaar voor invoer tonnen cocaïne

Tegen tien verdachten heeft het Openbaar Ministerie dinsdag voor de rechtbank in Amsterdam celstraffen tot 14 jaar geëist wegens het invoeren van duizenden kilo’s cocaïne en witwassen. Ze zouden in anderhalf jaar tijd met hun criminele organisatie ruim 6.800 kilo cocaïne hebben ingevoerd. Eén van de in beslag genomen zendingen was bijna 4.200 kilo cocaïne, die in april 2020 werd gevonden tussen een lading inktvis in een Antwerpse loods. In het onderzoek figureren twee hoofdverdachten die voortvluchtig zijn: “Bolle” Jos L. (30) en Isaac B. (28). In België is een groep van dertien Nederlanders al berecht en veroordeeld voor het uithalen van die cocaïne, in de Antwerpse haven.

Op vrije voeten

De officieren eisten in Amsterdam tegen alle verdachten naast de celstraffen ook geldstraffen variërend van 10.000 tot 100.000 euro. Behalve de tien mannen stond ook een autoverhuurbedrijf voor de rechter, daartegen eisten de officieren een geldboete van 70.000 euro en verbeurdverklaring van alle in beslaggenomen auto’s. De tien mannen zijn relatief jong (in leeftijd variërend van 23 tot 40 jaar) en voornamelijk afkomstig uit Amsterdam en Rotterdam. De drugsinvoer zou zijn verlopen via zowel de havens van Antwerpen als die van Rotterdam. De groep is in november 2020 aangehouden. In verband met de lange duur van het vooronderzoek zijn alle tien de verdachten op vrije voeten gesteld. In mei vorig jaar werd al een groepje verdachten vrijgelaten.

Sky

Het Openbaar Ministerie denkt dat ze goed kijk heeft op het netwerk, dat groter is dan de tien verdachten die nu terechtstaan. Dat komt door analyse van onder meer door de politie gekraakte berichten van Sky ECC. De recherche heeft honderden miljoenen berichten van gebruikers van Sky ECC in handen. In het onderzoek zijn twee onderzoeken samengevoegd: één onderzoek dat in juli 2019 is gestart en een onderzoek dat in april 2020 is gestart, dat laatste onderzoek gaat over de 4,2 ton die in Antwerpen werd gepakt. Dankzij afgeluisterde gesprekken tussen de verdachten onderling werd duidelijk dat sommige verdachten in beide onderzoeken voorkwamen.

Topje van de ijsberg

Justitie gaat ervan uit dat er in werkelijkheid door het netwerk nog veel meer dan 6,8 ton cocaïne is ingevoerd: ‘Wij praten vandaag slechts over het topje van de ijsberg’, aldus de officier van justitie in haar requisitoir.

Justitie onderscheidt ook een goede organisatie binnen het netwerk waarbij de verschillenden verdachten ‘ieder een eigen cruciale, essentiële rol’ hadden bij het smokkelen en bij het onderscheppen van de partij cocaïne voordat de container de haven van Antwerpen zou verlaten. Zo stuurde één van de verdachten verschillende groepjes uithalers aan in de Rotterdamse haven, aldus justitie.

Het verdachte autoverhuurbedrijf komt uit Barendrecht. Justitie denkt dat het bedrijf een faciliterende rol speelde bij de invoer van drugs, zoals het leveren van stashlocaties en transportmiddelen met verborgen ruimtes.

Antwerpse justitie

In het dossier van de zogeheten Cherokee-zaak staat dat justitie Jos L. en Isaac B. ervan verdenkt een leidende en sturende rol te hebben gespeeld, maar Jos L. is nog niet gedagvaard. Tegen Isaac B. werd veertien jaar cel en een boete van 100.000 euro geëist.

L. en B. zijn ook (voortvluchtige) verdachten in een onderzoek door de Antwerpse justitie. In dat onderzoek staan momenteel Amsterdamse verdachten terecht die cocaïne uit de haven wilden halen en daarbij een havenwerker ernstig mishandelden. Verder komt uit het Belgische onderzoek naar voren dat de federale politie vermoedt dat Jos L. in Turkije zou kunnen verblijven en Isaac B. mogelijk in een West-Afrikaans land.

Zie ook:

‘In Belgisch onderzoek valt de naam van de verdwenen Naima Jillal’